Gezinswetenschappen - Professionele bachelor

 

In deze opleiding leer je gezinnen ondersteunen op een wetenschappelijk onderbouwde manier.

Het is een multidisciplinaire en generalistische opleiding die focust op het behandelen en begrijpen van opvoedings- en relationele problemen vanuit en in de gezinscontext.
Je leert gezinnen begeleiden op een wetenschappelijk onderbouwde manier, met veel empathie en respect voor de eigenheid van elk gezin. Het doel is om gezinnen te ondersteunen, vanuit hun eigen kracht, in hun streven naar duurzame, kwaliteitsvolle relaties.
Op je programma staan:
- een theoretische basiskennis over de relaties tussen mensen en over de relatie mens-gezin-samenleving;
- een toegepaste kennis van de hulpverlening aan gezinnen, het algemeen welzijnsbeleid en het gezinsbeleid;
- de vaardigheden om gezinnen op een professionele manier te ondersteunen en te begeleiden;
- een professionele houding om te functioneren in een team en voor het opnemen van een coördinerende rol;
- een kritische reflectie op de verworven kennis en vaardigheden en op je eigen functioneren.


Dankzij deze brede basisopleiding word je stevig voorbereid voor verschillende functies in de brede welzijnssector. De opleiding wordt ingericht volgens twee verschillende opleidingstrajecten:
Het modeltraject voor studenten zonder werkervaring waarbij je in het eerste jaar van je opleiding
vooral algemene menswetenschappen terugvindt op je programma: sociologie, filosofie, psychologie, pedagogie, ethiek en economie. Je krijgt minstens drie dagen per week les, met extra begeleiding en meer tijd voor projectwerk.
Daarnaast maak je ook uitgebreid kennis met het werkveld.
Vanaf het tweede jaar ga je twee tot drie dagen per week werkplekleren. Je past dan niet alleen toe wat je in de lessen leerde, je draait ook echt mee op de werkvloer in de sociale economie. Je volgt nog één dag les, de overige dagen worden behouden voor terugkoppeling, coaching en intervisie.
Het derde jaar kent hetzelfde ritme, je kiest dan zelf de organisatie voor praktijkleren, gekoppeld aan je oriëntatie Kinderen of Ouderen.
Werk je al zelf of heb je een gezin en wil je Gezinswetenschappen studeren? Dat kan met het modeltraject voor studenten met levens- en werkervaring of het werkstudententraject waarin de combinatie werk-opleiding-gezin praktisch mogelijk is.. Je volgt gedurende de drie jaren 1 dag les per week. Praktijkleren is afhankelijk van je relevante levens- en/of werkervaring. Bij dit traject ligt de nadruk op zelfstudie en inbreng van je eigen ervaring.

Is deze opleiding iets voor jou?
Je bent geboeid door relaties tussen mensen, door hun drijfveren en door wat hen bindt. En je wil gezinsrelaties beter begrijpen en ze leren ondersteunen. Heb je interesse in een sociaal en mensgericht beroep waarin het gezin, relaties en opvoeding centraal staan? Dan zit je in deze opleiding zeker op je plaats. Een specifieke vooropleiding is niet nodig.



Studiepunten

180

Gezinswetenschappen - Professionele bachelor

Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK
Klik op de foto om te vergroten

Algemene info

In deze opleiding leer je gezinnen ondersteunen op een wetenschappelijk onderbouwde manier.

Het is een multidisciplinaire en generalistische opleiding die focust op het behandelen en begrijpen van opvoedings- en relationele problemen vanuit en in de gezinscontext.
Je leert gezinnen begeleiden op een wetenschappelijk onderbouwde manier, met veel empathie en respect voor de eigenheid van elk gezin. Het doel is om gezinnen te ondersteunen, vanuit hun eigen kracht, in hun streven naar duurzame, kwaliteitsvolle relaties.
Op je programma staan:
- een theoretische basiskennis over de relaties tussen mensen en over de relatie mens-gezin-samenleving;
- een toegepaste kennis van de hulpverlening aan gezinnen, het algemeen welzijnsbeleid en het gezinsbeleid;
- de vaardigheden om gezinnen op een professionele manier te ondersteunen en te begeleiden;
- een professionele houding om te functioneren in een team en voor het opnemen van een coördinerende rol;
- een kritische reflectie op de verworven kennis en vaardigheden en op je eigen functioneren.


Dankzij deze brede basisopleiding word je stevig voorbereid voor verschillende functies in de brede welzijnssector. De opleiding wordt ingericht volgens twee verschillende opleidingstrajecten:
Het modeltraject voor studenten zonder werkervaring waarbij je in het eerste jaar van je opleiding
vooral algemene menswetenschappen terugvindt op je programma: sociologie, filosofie, psychologie, pedagogie, ethiek en economie. Je krijgt minstens drie dagen per week les, met extra begeleiding en meer tijd voor projectwerk.
Daarnaast maak je ook uitgebreid kennis met het werkveld.
Vanaf het tweede jaar ga je twee tot drie dagen per week werkplekleren. Je past dan niet alleen toe wat je in de lessen leerde, je draait ook echt mee op de werkvloer in de sociale economie. Je volgt nog één dag les, de overige dagen worden behouden voor terugkoppeling, coaching en intervisie.
Het derde jaar kent hetzelfde ritme, je kiest dan zelf de organisatie voor praktijkleren, gekoppeld aan je oriëntatie Kinderen of Ouderen.
Werk je al zelf of heb je een gezin en wil je Gezinswetenschappen studeren? Dat kan met het modeltraject voor studenten met levens- en werkervaring of het werkstudententraject waarin de combinatie werk-opleiding-gezin praktisch mogelijk is.. Je volgt gedurende de drie jaren 1 dag les per week. Praktijkleren is afhankelijk van je relevante levens- en/of werkervaring. Bij dit traject ligt de nadruk op zelfstudie en inbreng van je eigen ervaring.

Is deze opleiding iets voor jou?
Je bent geboeid door relaties tussen mensen, door hun drijfveren en door wat hen bindt. En je wil gezinsrelaties beter begrijpen en ze leren ondersteunen. Heb je interesse in een sociaal en mensgericht beroep waarin het gezin, relaties en opvoeding centraal staan? Dan zit je in deze opleiding zeker op je plaats. Een specifieke vooropleiding is niet nodig.


Studiepunten

180

Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):

Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.

Odisee - Campus Schaarbeek

Kinderen en jongeren

Volwassenen en ouderen




Bijzondere toelatingsvoorwaarden

Heb je geen diploma SO, dan kun je starten, op voorwaarde dat je met succes de toelatingsproef aflegt.
Dat is geen schools examen, veeleer een evaluatie van je lees- en taalvaardigheid.
Aan de hand van een meerkeuzevragenlijst peilen we naar je leesvaardigheden.
Je krijgt ook een stelling over een actueel gezinsthema waarover je je eigen mening beknopt op papier zet.
Na de schrijftest heb je een gesprek met een van de docenten over je motivatie.

 

Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid);
  • een buitenlands diploma of getuigschrift dat gelijkwaardig verklaard is met één van bovenstaande.

    Uitzondering:
    • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
    • Er is een verplichte en bindende starttoets voor de lerarenopleidingen.

Afwijkende toelatingsvoorwaarden

De hogescholen hebben verplicht een reglement voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen. Dit reglement kan je bij elke instelling opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen ;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. een proef of een gesprek of ...).
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs!! 

Extra taalvoorwaarden voor internationale studenten

De onderwijsinstellingen kunnen het slagen in een examen in de onderwijstaal opleggen als toelatingseis voor houders van een buitenlands diploma.

Situering

Opleiding: Gezinswetenschappen 

Studieniveau: Professionele bachelor - HO

Studiegebied: Sociaal-agogisch werk

Belangstellingsdomeinen: Overtuigen-besturen, Sociaal dienstbetoon, Sociale wetenschappen,

Schoolvakken SO: Communicatieve vaardigheden, Cultuurwetenschappen, Gedragswetenschappen, Opvoedkunde, Psychologie, Recht, Sociale wetenschappen,

Vervolgopleidingen

Na een professioneel gerichte bacheloropleiding kan je binnen het hoger onderwijs verder studeren in:


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor

Wanneer je al een bachelor of master hebt behaald en bijkomend een andere bachelor wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor leidt naar een volwaardig bachelordiploma. Het aantal vrijstellingen dat je kan krijgen kan per opleiding en per hogeschool verschillen. Voor meer info neem je best contact op met de instelling.


een postgraduaat

Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten. Je kan deze opleiding volgen na een bachelor- of masteropleiding. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten.

De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een schakelprogramma

Dit is een overgangsprogramma tussen een professionele bachelor en een master, met een studieomvang van ten hoogste 90 studiepunten. De juiste omvang hangt af van de vooropleiding die je volgde en de gekozen master. 
Bedoeling is: academische vaardigheden en wetenschappelijk-disciplinaire basiskennis bijbrengen. Een schakelprogramma levert geen academische graad of diploma op, je hoeft dus ook geen leerkrediet in te zetten.  
Een schakelprogramma geeft toegang tot één welbepaalde master in een welbepaalde instellng.


een lerarenopleiding

Na een professionele bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Flexibele leersystemen

Deze opleiding kan ook gevolgd worden in een flexibel leersysteem. Je ziet hier per onderwijsinstelling de mogelijkheden.

Odisee, Campus Schaarbeek

Werkstudententraject

Instellingen

Huart Hamoirlaan 136  1030 Schaarbeek

Beroepsuitwegen

Als Gezinswetenschapper ben je getraind om gezinnen te ondersteunen in hun streven naar kwaliteitsvolle relaties.
Je hebt zicht in de vaak complexe gezinsverhoudingen en je bent in staat om een passende begeleiding te bieden als het fout gaat.
Werken met mensen, ook als ze kwetsbaar zijn, is een boeiende opdracht.
Je kan met dit diploma in heel wat sectoren terecht, ook de functies die je kan opnemen zijn heel divers: Gezinswetenschappers werken in vele verschillende maatschappelijke contexten: kinderen en jongeren, volwassenen en ouderen, vluchtelingen, migranten, personen met een handicap, kansarmen, ouders en opvoeders, ….

Ook een baan bij het vormingswerk in de socio-culturele sector, het justitieel welzijnswerk of bij de politie is mogelijk.

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn. 
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Consulent welzijnswerk
Monitor begeleider in de sociale economie ( knelpuntberoep)
Opvoeder-begeleider ( knelpuntberoep)
Relatie- en gezinsbemiddelaar
Sociale en gezinsinterveni�nt
Straathoekwerker

Vlaamse Kwalificatiestructuur

  • Kwalificaties beschrijven wat je moet kennen en kunnen om een beroep uit te oefenen, een opleiding te starten of deel te nemen aan de maatschappij. De Kwalificatiedatabank bevat alle beroepskwalificaties en onderwijskwalificaties uit de Vlaamse kwalificatiestructuur.

VKS - Onderwijskwalificatie Professionele Bachelor: Gezinswetenschappen

Studierendement

Studierendement is iets anders dan slaagpercentage.
Toelichting vind je onder de tabel. We raden je aan om de cijfers rond het studierendement met een (leerling)begeleider of een CLB-medewerker te bespreken.
Vanaf schooljaar 2025-2026 zullen omwille van de modernisering van het SO de cijfers tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Vanaf 2027-2028 levert het departement onderwijs en vorming nieuwe cijfers aan.

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Humane wetenschappen (ASO) 33 0,12 84,1 0 2 3 4 24 0
Sociale en technische wetenschappen (TSO) 39 0,15 92,5 1 1 0 2 33 2

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 30-11-2022

Gezinswetenschappen - Professionele bachelor

Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK
Klik op de foto om te vergroten

Algemene info

In deze opleiding leer je gezinnen ondersteunen op een wetenschappelijk onderbouwde manier.

Het is een multidisciplinaire en generalistische opleiding die focust op het behandelen en begrijpen van opvoedings- en relationele problemen vanuit en in de gezinscontext.
Je leert gezinnen begeleiden op een wetenschappelijk onderbouwde manier, met veel empathie en respect voor de eigenheid van elk gezin. Het doel is om gezinnen te ondersteunen, vanuit hun eigen kracht, in hun streven naar duurzame, kwaliteitsvolle relaties.
Op je programma staan:
- een theoretische basiskennis over de relaties tussen mensen en over de relatie mens-gezin-samenleving;
- een toegepaste kennis van de hulpverlening aan gezinnen, het algemeen welzijnsbeleid en het gezinsbeleid;
- de vaardigheden om gezinnen op een professionele manier te ondersteunen en te begeleiden;
- een professionele houding om te functioneren in een team en voor het opnemen van een coördinerende rol;
- een kritische reflectie op de verworven kennis en vaardigheden en op je eigen functioneren.


Dankzij deze brede basisopleiding word je stevig voorbereid voor verschillende functies in de brede welzijnssector. De opleiding wordt ingericht volgens twee verschillende opleidingstrajecten:
Het modeltraject voor studenten zonder werkervaring waarbij je in het eerste jaar van je opleiding
vooral algemene menswetenschappen terugvindt op je programma: sociologie, filosofie, psychologie, pedagogie, ethiek en economie. Je krijgt minstens drie dagen per week les, met extra begeleiding en meer tijd voor projectwerk.
Daarnaast maak je ook uitgebreid kennis met het werkveld.
Vanaf het tweede jaar ga je twee tot drie dagen per week werkplekleren. Je past dan niet alleen toe wat je in de lessen leerde, je draait ook echt mee op de werkvloer in de sociale economie. Je volgt nog één dag les, de overige dagen worden behouden voor terugkoppeling, coaching en intervisie.
Het derde jaar kent hetzelfde ritme, je kiest dan zelf de organisatie voor praktijkleren, gekoppeld aan je oriëntatie Kinderen of Ouderen.
Werk je al zelf of heb je een gezin en wil je Gezinswetenschappen studeren? Dat kan met het modeltraject voor studenten met levens- en werkervaring of het werkstudententraject waarin de combinatie werk-opleiding-gezin praktisch mogelijk is.. Je volgt gedurende de drie jaren 1 dag les per week. Praktijkleren is afhankelijk van je relevante levens- en/of werkervaring. Bij dit traject ligt de nadruk op zelfstudie en inbreng van je eigen ervaring.

Is deze opleiding iets voor jou?
Je bent geboeid door relaties tussen mensen, door hun drijfveren en door wat hen bindt. En je wil gezinsrelaties beter begrijpen en ze leren ondersteunen. Heb je interesse in een sociaal en mensgericht beroep waarin het gezin, relaties en opvoeding centraal staan? Dan zit je in deze opleiding zeker op je plaats. Een specifieke vooropleiding is niet nodig.


Studiepunten

180

Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):

Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.

Odisee - Campus Schaarbeek

Kinderen en jongeren

Volwassenen en ouderen




Bijzondere toelatingsvoorwaarden

Heb je geen diploma SO, dan kun je starten, op voorwaarde dat je met succes de toelatingsproef aflegt.
Dat is geen schools examen, veeleer een evaluatie van je lees- en taalvaardigheid.
Aan de hand van een meerkeuzevragenlijst peilen we naar je leesvaardigheden.
Je krijgt ook een stelling over een actueel gezinsthema waarover je je eigen mening beknopt op papier zet.
Na de schrijftest heb je een gesprek met een van de docenten over je motivatie.

 

Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid);
  • een buitenlands diploma of getuigschrift dat gelijkwaardig verklaard is met één van bovenstaande.

    Uitzondering:
    • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
    • Er is een verplichte en bindende starttoets voor de lerarenopleidingen.

Afwijkende toelatingsvoorwaarden

De hogescholen hebben verplicht een reglement voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen. Dit reglement kan je bij elke instelling opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen ;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. een proef of een gesprek of ...).
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs!! 

Extra taalvoorwaarden voor internationale studenten

De onderwijsinstellingen kunnen het slagen in een examen in de onderwijstaal opleggen als toelatingseis voor houders van een buitenlands diploma.

Situering

Opleiding: Gezinswetenschappen 

Studieniveau: Professionele bachelor - HO

Studiegebied: Sociaal-agogisch werk

Belangstellingsdomeinen: Overtuigen-besturen, Sociaal dienstbetoon, Sociale wetenschappen,

Schoolvakken SO: Communicatieve vaardigheden, Cultuurwetenschappen, Gedragswetenschappen, Opvoedkunde, Psychologie, Recht, Sociale wetenschappen,

Vervolgopleidingen

Na een professioneel gerichte bacheloropleiding kan je binnen het hoger onderwijs verder studeren in:


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor

Wanneer je al een bachelor of master hebt behaald en bijkomend een andere bachelor wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor leidt naar een volwaardig bachelordiploma. Het aantal vrijstellingen dat je kan krijgen kan per opleiding en per hogeschool verschillen. Voor meer info neem je best contact op met de instelling.


een postgraduaat

Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten. Je kan deze opleiding volgen na een bachelor- of masteropleiding. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten.

De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een schakelprogramma

Dit is een overgangsprogramma tussen een professionele bachelor en een master, met een studieomvang van ten hoogste 90 studiepunten. De juiste omvang hangt af van de vooropleiding die je volgde en de gekozen master. 
Bedoeling is: academische vaardigheden en wetenschappelijk-disciplinaire basiskennis bijbrengen. Een schakelprogramma levert geen academische graad of diploma op, je hoeft dus ook geen leerkrediet in te zetten.  
Een schakelprogramma geeft toegang tot één welbepaalde master in een welbepaalde instellng.


een lerarenopleiding

Na een professionele bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Flexibele leersystemen

Deze opleiding kan ook gevolgd worden in een flexibel leersysteem. Je ziet hier per onderwijsinstelling de mogelijkheden.

Odisee, Campus Schaarbeek

Werkstudententraject

Instellingen

Huart Hamoirlaan 136  1030 Schaarbeek

Beroepsuitwegen

Als Gezinswetenschapper ben je getraind om gezinnen te ondersteunen in hun streven naar kwaliteitsvolle relaties.
Je hebt zicht in de vaak complexe gezinsverhoudingen en je bent in staat om een passende begeleiding te bieden als het fout gaat.
Werken met mensen, ook als ze kwetsbaar zijn, is een boeiende opdracht.
Je kan met dit diploma in heel wat sectoren terecht, ook de functies die je kan opnemen zijn heel divers: Gezinswetenschappers werken in vele verschillende maatschappelijke contexten: kinderen en jongeren, volwassenen en ouderen, vluchtelingen, migranten, personen met een handicap, kansarmen, ouders en opvoeders, ….

Ook een baan bij het vormingswerk in de socio-culturele sector, het justitieel welzijnswerk of bij de politie is mogelijk.

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn. 
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Consulent welzijnswerk
Monitor begeleider in de sociale economie ( knelpuntberoep)
Opvoeder-begeleider ( knelpuntberoep)
Relatie- en gezinsbemiddelaar
Sociale en gezinsinterveni�nt
Straathoekwerker

Vlaamse Kwalificatiestructuur

  • Kwalificaties beschrijven wat je moet kennen en kunnen om een beroep uit te oefenen, een opleiding te starten of deel te nemen aan de maatschappij. De Kwalificatiedatabank bevat alle beroepskwalificaties en onderwijskwalificaties uit de Vlaamse kwalificatiestructuur.

VKS - Onderwijskwalificatie Professionele Bachelor: Gezinswetenschappen

Studierendement

Studierendement is iets anders dan slaagpercentage.
Toelichting vind je onder de tabel. We raden je aan om de cijfers rond het studierendement met een (leerling)begeleider of een CLB-medewerker te bespreken.
Vanaf schooljaar 2025-2026 zullen omwille van de modernisering van het SO de cijfers tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Vanaf 2027-2028 levert het departement onderwijs en vorming nieuwe cijfers aan.

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Humane wetenschappen (ASO) 33 0,12 84,1 0 2 3 4 24 0
Sociale en technische wetenschappen (TSO) 39 0,15 92,5 1 1 0 2 33 2

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 30-11-2022