Psychologie : zonder specifieke afstudeerrichtingen - Academische bachelor

 

De psychologie bestudeert het gedrag van de individuele mens. Ze omvat tal van theorieën over gedrag en mentale processen en tracht die op een wetenschappelijke manier te verklaren. Je maakt kennis met de wetenschappelijke ontwikkelingen en de theorievorming op dit gebied. Niet enkel het normale gedrag, maar ook het afwijkende gedrag wordt bestudeerd.


In het 1e jaar is er naast een klemtoon op de psychologische disciplines en mentale processen, ook aandacht voor de normale en vertraagde ontwikkeling, ontwikkelingsstoornissen en psychopathologie. De basisvakken van de 1e jaren zijn: psychologie (algemeen - sociaal - differentiële - ontwikkeling gezondheid cognitief - biologisch), functieleer, fysiologie, biologie, statistiek, sociologie. Afhankelijk van de instelling kunnen er ook vakken bijkomen als gedrags-neurowetenschappen, inleiding tot de orthopedagogiek, orthopsychologie. Onderzoeksmethoden en technieken voor wetenschappelijk onderzoek staan ook op het programma.


Aan de UGent zijn er verschillende afstudeerrichtingen op bachelorniveau (zie de opleidingen Psychologie: Bedrijfspsychologie en personeelsbeleid, Psychologie: Klinische psychologie, Psychologie: Onderwijs, Psychologie: Theoretische en experimentele psychologie). Aan de VUB en KU Leuven werken ze met keuzetrajecten in de derde bachelor (zie de opleiding Psychologie: zonder afstudeerrichtingen).


Je kiest in het derde jaar een keuzetraject.


Voor wie?



  • Je wil meer te weten komen over mensenkennis, personeelsbeleid, therapeutische begeleiding, opleidingen, vorming, wetenschap, kinderen en jongeren met probleemgedrag, mensen met specifieke noden, sociaal gedrag ...

  • Je wil de psychologische processen en problemen die zich bij mensen kunnen voordoen op een wetenschappelijke manier bestuderen en verder gaan dan de verklaringen die je in de gewone omgang hoort.

  • Een goed abstract en logisch redeneervermogen zijn noodzakelijk. Deze vaardigheden kunnen o.a. worden verkregen via een vooropleiding met minstens een totaal aan negen uur wiskundige en bètawetenschappelijke vakken (chemie, biologie, fysica) of een vooropleiding klassieke talen.

  • Verder is een minstens passieve kennis van het Engels wenselijk.

  • Omdat de opleiding een component statistiek bevat,moet je ook bereid zijn je onder begeleiding te scholen in statistische aspecten van het onderzoek.



Studiepunten

180 (+ 120 master)

Psychologie : zonder specifieke afstudeerrichtingen - Academische bachelor

Foto OK Foto OK
Klik op de foto om te vergroten

Algemene info

De psychologie bestudeert het gedrag van de individuele mens. Ze omvat tal van theorieën over gedrag en mentale processen en tracht die op een wetenschappelijke manier te verklaren. Je maakt kennis met de wetenschappelijke ontwikkelingen en de theorievorming op dit gebied. Niet enkel het normale gedrag, maar ook het afwijkende gedrag wordt bestudeerd.


In het 1e jaar is er naast een klemtoon op de psychologische disciplines en mentale processen, ook aandacht voor de normale en vertraagde ontwikkeling, ontwikkelingsstoornissen en psychopathologie. De basisvakken van de 1e jaren zijn: psychologie (algemeen - sociaal - differentiële - ontwikkeling gezondheid cognitief - biologisch), functieleer, fysiologie, biologie, statistiek, sociologie. Afhankelijk van de instelling kunnen er ook vakken bijkomen als gedrags-neurowetenschappen, inleiding tot de orthopedagogiek, orthopsychologie. Onderzoeksmethoden en technieken voor wetenschappelijk onderzoek staan ook op het programma.


Aan de UGent zijn er verschillende afstudeerrichtingen op bachelorniveau (zie de opleidingen Psychologie: Bedrijfspsychologie en personeelsbeleid, Psychologie: Klinische psychologie, Psychologie: Onderwijs, Psychologie: Theoretische en experimentele psychologie). Aan de VUB en KU Leuven werken ze met keuzetrajecten in de derde bachelor (zie de opleiding Psychologie: zonder afstudeerrichtingen).


Je kiest in het derde jaar een keuzetraject.


Voor wie?



  • Je wil meer te weten komen over mensenkennis, personeelsbeleid, therapeutische begeleiding, opleidingen, vorming, wetenschap, kinderen en jongeren met probleemgedrag, mensen met specifieke noden, sociaal gedrag ...

  • Je wil de psychologische processen en problemen die zich bij mensen kunnen voordoen op een wetenschappelijke manier bestuderen en verder gaan dan de verklaringen die je in de gewone omgang hoort.

  • Een goed abstract en logisch redeneervermogen zijn noodzakelijk. Deze vaardigheden kunnen o.a. worden verkregen via een vooropleiding met minstens een totaal aan negen uur wiskundige en bètawetenschappelijke vakken (chemie, biologie, fysica) of een vooropleiding klassieke talen.

  • Verder is een minstens passieve kennis van het Engels wenselijk.

  • Omdat de opleiding een component statistiek bevat,moet je ook bereid zijn je onder begeleiding te scholen in statistische aspecten van het onderzoek.


Studiepunten

180 (+ 120 master)

Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):

Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.

Vrije Universiteit Brussel - Main Campus

Arbeids- en organisatiepsychologie

Klinische psychologie


KU Leuven

Arbeids- en organisatiepsychologie

Klinische psychologie kinderen en jongeren

Klinische psychologie volwassenen en ouderen

Theorie en onderzoek




Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)

    Uitzonderingen :
  • Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
  • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
  • Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier

Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!  

Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland

Met een Nederlands VWO-diploma  of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.

Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.

Situering

Opleiding: Psychologie 

Afstudeerrichting: zonder specifieke afstudeerrichtingen

Studieniveau: Academische bachelor - HO

Studiegebied: Psychologie en Pedagogische wetenschappen

Belangstellingsdomeinen: Sociaal dienstbetoon, Sociale wetenschappen,

Schoolvakken SO: Gedragswetenschappen, Opvoedkunde, Psychologie, Sociale wetenschappen,

Andere Afstudeerrichtingen

Psychologie : Bedrijfspsychologie en personeelsbeleid (Academische bachelor - HO)
Psychologie : Klinische psychologie (Academische bachelor - HO)
Psychologie : Theoretische en experimentele psychologie (Academische bachelor - HO)

Vervolgopleidingen


een masteropleiding

Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.

Masteropleidingen binnen dit studiegebied
























een postgraduaat

Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor/master

Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.

Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.


een lerarenopleiding

Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.

Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Flexibele leersystemen

Deze opleiding kan ook gevolgd worden in een flexibel leersysteem. Je ziet hier per onderwijsinstelling de mogelijkheden.

Vrije Universiteit Brussel, Main Campus

Avondonderwijs

Instellingen

Pleinlaan 2  1050 Elsene
02 629 20 10    

  
Oude Markt 13  3000 Leuven
016 32 40 10    

Beroepsuitwegen

Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.

Klinisch psychologen werken veelal in ziekenhuizen, Centra voor Leerlingenbegeleiding, Centra Algemeen Welzijnswerk, diensten voor geestelijke gezondheidszorg en psychiatrische, revalidatie- of verpleeginstellingen.
Arbeids- en Organisatiepsychologen gaan eerder aan de slag in het bedrijfsleven, binnen personeelsafdelingen (Human Resources), in centra voor marktonderzoek of bij reclamebureaus.
De orthopsychologen vinden we terug in de gehandicaptenzorg, het buitengewoon onderwijs, de bijzondere jeugdzorg en diverse andere terreinen, zoals het vormingswerk.
Ook beleidsondersteunend en wetenschappelijk onderzoek behoort tot de mogelijkheden.
Heel wat afgestudeerden starten een zelfstandige praktijk. 

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn. 
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Onderzoeker humane wetenschappen
Opleidingsadviseur
Opleidingsbegeleider
Opleidingsco�rdinator
Preventieadviseur
Psycholoog
Relatie- en gezinsbemiddelaar
Verantwoordelijke werving en opleiding

Studierendement

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Economie-moderne talen (ASO) 797 2,96 56,3 109 103 120 168 255 42
Economie-wetenschappen (ASO) 98 2,40 69,8 4 8 11 25 45 5
Economie-wiskunde (ASO) 115 1,76 73,9 2 9 10 31 59 4
Gezondheids- en welzijnswetenschappen (TSO) 94 1,46 27,6 34 22 11 14 9 4
Grieks-Latijn (ASO) 47 4,28 76,3 2 3 5 9 28 0
Grieks-wiskunde (ASO) 40 2,45 91,7 1 0 1 6 31 1
Handel (TSO) 96 0,73 29,9 27 22 17 14 7 9
Humane wetenschappen (ASO) 2816 10,23 57,5 324 393 393 674 911 121
Latijn-moderne talen (ASO) 457 6,95 70,4 33 39 41 97 232 15
Latijn-wetenschappen (ASO) 337 5,74 78,5 11 18 23 71 208 6
Latijn-wiskunde (ASO) 438 4,00 85,8 7 13 22 66 326 4
Lichamelijke opvoeding en sport (TSO) 37 0,47 26,6 17 7 2 6 3 2
Moderne talen-wetenschappen (ASO) 497 5,09 69,8 20 58 59 106 239 15
Moderne talen-wiskunde (ASO) 59 6,75 79,6 1 1 3 17 34 3
Secretariaat-talen (TSO) 41 1,01 19,0 19 11 3 3 2 3
Sociale en technische wetenschappen (TSO) 352 1,35 31,1 124 67 51 39 48 23
Sportwetenschappen (ASO) 86 2,40 57,5 12 9 14 21 23 7
Techniek-wetenschappen (TSO) 37 0,79 42,6 5 8 7 9 5 3
Wetenschappen-wiskunde (ASO) 932 2,21 75,5 46 61 74 202 523 26

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 16-05-2023

Psychologie : zonder specifieke afstudeerrichtingen - Academische bachelor

Foto OK Foto OK
Klik op de foto om te vergroten

Algemene info

De psychologie bestudeert het gedrag van de individuele mens. Ze omvat tal van theorieën over gedrag en mentale processen en tracht die op een wetenschappelijke manier te verklaren. Je maakt kennis met de wetenschappelijke ontwikkelingen en de theorievorming op dit gebied. Niet enkel het normale gedrag, maar ook het afwijkende gedrag wordt bestudeerd.


In het 1e jaar is er naast een klemtoon op de psychologische disciplines en mentale processen, ook aandacht voor de normale en vertraagde ontwikkeling, ontwikkelingsstoornissen en psychopathologie. De basisvakken van de 1e jaren zijn: psychologie (algemeen - sociaal - differentiële - ontwikkeling gezondheid cognitief - biologisch), functieleer, fysiologie, biologie, statistiek, sociologie. Afhankelijk van de instelling kunnen er ook vakken bijkomen als gedrags-neurowetenschappen, inleiding tot de orthopedagogiek, orthopsychologie. Onderzoeksmethoden en technieken voor wetenschappelijk onderzoek staan ook op het programma.


Aan de UGent zijn er verschillende afstudeerrichtingen op bachelorniveau (zie de opleidingen Psychologie: Bedrijfspsychologie en personeelsbeleid, Psychologie: Klinische psychologie, Psychologie: Onderwijs, Psychologie: Theoretische en experimentele psychologie). Aan de VUB en KU Leuven werken ze met keuzetrajecten in de derde bachelor (zie de opleiding Psychologie: zonder afstudeerrichtingen).


Je kiest in het derde jaar een keuzetraject.


Voor wie?



  • Je wil meer te weten komen over mensenkennis, personeelsbeleid, therapeutische begeleiding, opleidingen, vorming, wetenschap, kinderen en jongeren met probleemgedrag, mensen met specifieke noden, sociaal gedrag ...

  • Je wil de psychologische processen en problemen die zich bij mensen kunnen voordoen op een wetenschappelijke manier bestuderen en verder gaan dan de verklaringen die je in de gewone omgang hoort.

  • Een goed abstract en logisch redeneervermogen zijn noodzakelijk. Deze vaardigheden kunnen o.a. worden verkregen via een vooropleiding met minstens een totaal aan negen uur wiskundige en bètawetenschappelijke vakken (chemie, biologie, fysica) of een vooropleiding klassieke talen.

  • Verder is een minstens passieve kennis van het Engels wenselijk.

  • Omdat de opleiding een component statistiek bevat,moet je ook bereid zijn je onder begeleiding te scholen in statistische aspecten van het onderzoek.


Studiepunten

180 (+ 120 master)

Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):

Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.

Vrije Universiteit Brussel - Main Campus

Arbeids- en organisatiepsychologie

Klinische psychologie


KU Leuven

Arbeids- en organisatiepsychologie

Klinische psychologie kinderen en jongeren

Klinische psychologie volwassenen en ouderen

Theorie en onderzoek




Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)

    Uitzonderingen :
  • Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
  • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
  • Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier

Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!  

Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland

Met een Nederlands VWO-diploma  of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.

Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.

Situering

Opleiding: Psychologie 

Afstudeerrichting: zonder specifieke afstudeerrichtingen

Studieniveau: Academische bachelor - HO

Studiegebied: Psychologie en Pedagogische wetenschappen

Belangstellingsdomeinen: Sociaal dienstbetoon, Sociale wetenschappen,

Schoolvakken SO: Gedragswetenschappen, Opvoedkunde, Psychologie, Sociale wetenschappen,

Andere Afstudeerrichtingen

Psychologie : Bedrijfspsychologie en personeelsbeleid (Academische bachelor - HO)
Psychologie : Klinische psychologie (Academische bachelor - HO)
Psychologie : Theoretische en experimentele psychologie (Academische bachelor - HO)

Vervolgopleidingen


een masteropleiding

Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.

Masteropleidingen binnen dit studiegebied
























een postgraduaat

Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor/master

Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.

Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.


een lerarenopleiding

Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.

Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Flexibele leersystemen

Deze opleiding kan ook gevolgd worden in een flexibel leersysteem. Je ziet hier per onderwijsinstelling de mogelijkheden.

Vrije Universiteit Brussel, Main Campus

Avondonderwijs

Instellingen

Pleinlaan 2  1050 Elsene
02 629 20 10    

  
Oude Markt 13  3000 Leuven
016 32 40 10    

Beroepsuitwegen

Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.

Klinisch psychologen werken veelal in ziekenhuizen, Centra voor Leerlingenbegeleiding, Centra Algemeen Welzijnswerk, diensten voor geestelijke gezondheidszorg en psychiatrische, revalidatie- of verpleeginstellingen.
Arbeids- en Organisatiepsychologen gaan eerder aan de slag in het bedrijfsleven, binnen personeelsafdelingen (Human Resources), in centra voor marktonderzoek of bij reclamebureaus.
De orthopsychologen vinden we terug in de gehandicaptenzorg, het buitengewoon onderwijs, de bijzondere jeugdzorg en diverse andere terreinen, zoals het vormingswerk.
Ook beleidsondersteunend en wetenschappelijk onderzoek behoort tot de mogelijkheden.
Heel wat afgestudeerden starten een zelfstandige praktijk. 

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn. 
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Onderzoeker humane wetenschappen
Opleidingsadviseur
Opleidingsbegeleider
Opleidingsco�rdinator
Preventieadviseur
Psycholoog
Relatie- en gezinsbemiddelaar
Verantwoordelijke werving en opleiding

Studierendement

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Economie-moderne talen (ASO) 797 2,96 56,3 109 103 120 168 255 42
Economie-wetenschappen (ASO) 98 2,40 69,8 4 8 11 25 45 5
Economie-wiskunde (ASO) 115 1,76 73,9 2 9 10 31 59 4
Gezondheids- en welzijnswetenschappen (TSO) 94 1,46 27,6 34 22 11 14 9 4
Grieks-Latijn (ASO) 47 4,28 76,3 2 3 5 9 28 0
Grieks-wiskunde (ASO) 40 2,45 91,7 1 0 1 6 31 1
Handel (TSO) 96 0,73 29,9 27 22 17 14 7 9
Humane wetenschappen (ASO) 2816 10,23 57,5 324 393 393 674 911 121
Latijn-moderne talen (ASO) 457 6,95 70,4 33 39 41 97 232 15
Latijn-wetenschappen (ASO) 337 5,74 78,5 11 18 23 71 208 6
Latijn-wiskunde (ASO) 438 4,00 85,8 7 13 22 66 326 4
Lichamelijke opvoeding en sport (TSO) 37 0,47 26,6 17 7 2 6 3 2
Moderne talen-wetenschappen (ASO) 497 5,09 69,8 20 58 59 106 239 15
Moderne talen-wiskunde (ASO) 59 6,75 79,6 1 1 3 17 34 3
Secretariaat-talen (TSO) 41 1,01 19,0 19 11 3 3 2 3
Sociale en technische wetenschappen (TSO) 352 1,35 31,1 124 67 51 39 48 23
Sportwetenschappen (ASO) 86 2,40 57,5 12 9 14 21 23 7
Techniek-wetenschappen (TSO) 37 0,79 42,6 5 8 7 9 5 3
Wetenschappen-wiskunde (ASO) 932 2,21 75,5 46 61 74 202 523 26

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 16-05-2023