Beschrijving van de richting "Muziekinstrumentenbouw" (OV 4 )

Deze opleiding start pas in de 3de graad en is zeer praktisch opgevat.
Om een deskundig bouwer te worden van strijk- of tokkelinstrumenten volg je deze opleiding best gedurende 3 leerjaren + een bijkomend restauratiejaar.

Een goed gehoor, een fijne handvaardigheid en interesse voor muziekinstrumenten zijn absoluut noodzakelijk.
Voor het bouwen van goed klinkende en bespeelbare muziekinstrumenten heb je ook andere vaardigheden nodig.
Daarom leer je luisteren naar muziek en behoren vakken als muziekgeschiedenis, akoestiek en muziek tot je lesprogramma.
Je leert over snaartrillingen, toonschalen, resonantie, klanktimbres,...
Je leert de geschiedenis van de Renaissance tot nu kennen, bezoekt kunst- en muziekhappenings.
Maar ook notenleer, zang en (samen) musiceren kunnen op het programma staan.

De basistechnieken van het handmatig technisch tekenen of van het tekenen met de computer worden eveneens aangeleerd.
Je leert de ontwerpmethoden van een instrument tekenen en uitvoeren.
Elk jaar maak je een eigen instrument.
Het moet juist gebouwd zijn, goed klinken en makkelijk bespeelbaar zijn. Geduld, zin voor precisie en esthetiek zijn belangrijk.
Je kiest ofwel voor de optie strijkinstrumenten(viool, altviool, cello) of de optie tokkelinstrumenten (gitaar, barok- of renaissancegitaar, luit).
De instrumenten worden, op het einde van je opleiding, samen met een theoretisch eindwerk,beoordeeld door een externe jury.

In de opleiding zijn verplichte stages bij gevestigde bouwers opgenomen.

Waar kan ik "Muziekinstrumentenbouw" volgen ? (OV 4 - G3)

Wat kan je behalen na "Muziekinstrumentenbouw" ? (OV 4 - G3)