Elke jongere vanaf 15 of 16 jaar en dit tot het einde van het schooljaar waarin hij/zij 25 wordt.
De 15- jarigen moeten wel al het 1e + het 2e leerjaar van het secundair onderwijs hebben gevolgd. Je hoeft niet geslaagd te zijn.
Een jongere kan zelfs vanaf het begin van het schooljaar waarin hij/zij 15 wordt, de bijzondere toelating krijgen om het DBSO volgen. De toelating wordt gegeven door de directie van het Centrum voor Deeltijds Onderwijs, op advies van het CLB.

Je moet voldoen aan de gewone leeftijdsvoorwaarde (16 (of 15) zijn + voor bepaalde beroepen voldoen aan bijzondere voorwaarde.
Bijkomend moet je voldoen aan alle volgende EXTRA voorwaarden:

• Je hebt NA de 1e graad SO nog minstens 5 schooljaren les gevolgd in het deeltijds/voltijds SO of in de Leertijd
• Je hebt een getuigschrift van de 2e graad SO behaald
• Je hebt minstens 1 certificaat binnen het DBSO behaald
• Je hebt volgens de klassenraad de doelstellingen van de 'Algemene Vorming' uit het leerplan voldoende bereikt.

Meer info

Je krijgt je certificaat als je slaagt in de totaliteit van je DBSO- opleiding. Dit betekent: én voor de Beroepsgerichte Vorming én voor de Algemene Vorming.
Je bent geslaagd als de klassenraad oordeelt dat je de doelen voldoende hebt bereikt voor zowel het les- als het werkgedeelte. Met andere woorden: je moet  goed presteren. 
Natuurlijk houdt de klassenraad ook rekening met je prestaties op de werkvloer.

Als je voldoet aan de andere voorwaarden maar je hebt het getuigschrift 2e graad SO nog niet, kan je toch starten met je DBSO- opleiding.
In deze deeltijdse opleiding zal je eerst de nog ontbrekende algemene vorming van de 2e graad volgen. Als je dit hebt afgewerkt, kan je verder gaan met de algemene vorming van de 3e graad. Daarnaast volg je de gewone beroepsgerichte vorming.
Als je je algemene vorming hebt afgewerkt + ondertussen je certificaat van beroepsgerichte vorming hebt behaald, kunnen je  getuigschrift 2e graad SO én je diploma SO worden uitgereikt!

(zie https://data-onderwijs.vlaanderen.be/edulex/document.aspx?docid=14006 -omzendbrief over stelsel van leren en werken).

Als je voldoet aan de andere voorwaarden maar je hebt het getuigschrift 2e graad SO nog niet, kan je toch starten met je DBSO- opleiding.
In deze deeltijdse opleiding zal je eerst de nog ontbrekende algemene vorming van de 2e graad volgen. Als je dit hebt afgewerkt, kan je verder gaan met de algemene vorming van de 3e graad. Daarnaast volg je de gewone beroepsgerichte vorming.
Als je je algemene vorming hebt afgewerkt + ondertussen je certificaat van beroepsgerichte vorming hebt behaald, kunnen je  getuigschrift 2e graad SO én je diploma SO worden uitgereikt!

Via de Aanloopfase kan je je diploma SO niet behalen.
Voor wat betreft de NAFT is de school verantwoordelijk om te beslissen of er een kwalificatie ( diploma, attest, getuigschrift...) mag worden uitgereikt.

(Omzendbrief https://data-onderwijs.vlaanderen.be/edulex/document.aspx?docid=14006 zie 2.4)

Neen.
Je kan deeltijds onderwijs blijven volgen tot het einde van het schooljaar waarin je 25 wordt.

Als je na je 18e verjaardag je DBSO- studies wil verderzetten/starten moet je:

• de 2 lesdagen, verplicht aanvullen met  3 dagen echte arbeidservaring per week of
• in de aanloopperiode zitten (zie infopagina Het deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO)

Ja, als DBSO- leerling kan je je inschrijven voor de examens van de Examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap.
Vergeet niet dat je ook nog onderwijs moet volgen zolang je jonger bent dan 18 (dus: leerplichtig).
Enkel de data van de examens worden als gewettigde afwezigheid aanvaard.
Als je slaagt in de examens van de Examencommissie, ontvang je je diploma SO.
Vanaf dat moment ben je niet langer leerplichtig.
Hou er rekening mee dat de examens van de Examencommissie over het programma van een studierichting uit het voltijds onderwijs gaan.
Het feit dat jij deeltijds onderwijs volgt verandert daar niets aan.

Neen.
Vooreerst gaat het niet om afzonderlijke vakken.
Binnen 'algemene vorming' bespreek je thema's die je wegwijs maken in de maatschappij. Zo leer je over solliciteren, het beheren van je budget, milieu, wonen... .
Je leert ook je plan trekken in een moderne vreemde taal vb. Frans of Engels.
Binnen de beroepsgerichte vorming krijg je praktijklessen die te maken hebben met het beroep dat je wil leren.

'Werkplekleren' wil zeggen: werken/arbeidsdeelname op een echte werkplek.
Meestal werk je in een bedrijf en leer je via ervaring op de werkvloer. Je wordt ter plekke begeleid door een patroon-opleider en daarnaast krijg je ook ondersteuning vanuit de school. 

Indien je nog niet klaar bent voor arbeidsdeelname, kan werkplekleren voor een leerplichtige jongere, ook worden ingevuld door een Aanlooptraject of een NAFT ((zie infopagina Het deeltijds beroepssecundair onderwijs (DBSO)).

Ja, je tewerkstelling is officieel geregeld.
Volgende contracten zijn mogelijk:

• Overeenkomst Alternerende Opleiding (OAO) vanaf 20u/week werken (op jaarbasis)
• Deeltijdse arbeidsovereenkomst (DA) ingeval van minder dan 20u/week werken (op jaarbasis) of
• Deeltijdse arbeidsovereenkomst sociale maribel als je werkt in de non-profitsector, in een organisatie waarvoor de sociale maribel geldt (kan zowel bij meer/minder dan 20u/week werken op de werkplek).

(Enkel die leerlingen die voor 31 augustus al waren tewerkgesteld, zetten hun overeenkomst verder. Het kan gaan om een deeltijdse arbeidsovereenkomst, een beroepsinlevingsovereenkomst (BIO- contract) of een individuele beroepsopleiding in een onderneming (IBO) .)

Het Centrum voor Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs (CDO), nadat de klassenraad heeft beslist dat het diploma mag worden uitgeschreven.
Geen enkele andere commissie of overheid moet hierover een beslissing nemen.

Een diploma SO opent vele deuren: 
- het geeft je toegang tot het hoger onderwijs; 
- het kan helpen bij het vinden van een job;  
- het kan invloed hebben op je promotiemogelijkheden;
- het geeft je toegang tot aanwerving in niveau C bij de overheid. 
Daarnaast is het een manier om jezelf te ontwikkelen.

Tewerkstelling (al dan niet met loon) is het uiteindelijke doel!
Er zijn 4 uitzonderingen voorzien ingeval je bv. geen tewerkstelling vindt...:

• het doen van culturele/sociale/sportactiviteiten georganiseerd/erkend door de overheid
• het volgen van een cursus of opleiding buiten het deeltijds onderwijs die je een grotere kans op tewerkstelling geeft vb. sollicitatie- of attitudetraining, intensieve taalcursus
• vrijwilligerswerk of
• het volgen van een sport- gerelateerde opleiding met beroepskwalificatie(s) én het akkoord van een erkende sportfederatie. De opleiding moet aansluiten bij de door jou beoefende sport 

Soms wel.
In sommige Centra voor Deeltijds Onderwijs worden er 2 groepen cursisten gemaakt:
- diegenen die hun diploma SO willen behalen +
- diegenen die niet geïnteresseerd zijn in het behalen van een diploma.
De 1e groep krijgt dan méér uren algemene vorming binnen de 15 wekelijkse lesuren.

Afhankelijk van je situatie is er sprake van een loon, een leer- of onkostenvergoeding...
Soms heb je bijkomend ook recht op andere financiële bonussen.
Als je tijdens je DBSO echte arbeidservaring opdoet via 1 van volgende contracten:overeenkomst alternerende opleiding (OAO) of deeltijdse arbeidsovereenkomst (DA), gaat het als volgt:

OAO: je krijgt een leervergoeding. Hoeveel dat is hangt af van je ervaring en je competenties. Het kan gaan om:

• € 462,30 per maand
• € 510,10 per maand
• € 549,90 per maand.

DA: Je krijgt een loon. Hoeveel dat precies is hangt af vn de CAO in de beroepssector.

Om het exacte bedrag te kennen waarop je recht hebt contacteer je best je trajectbegeleider in het CDO of je vakbond. Meer info is beschikbaar in PDF vanaf (p. 9).

Een DBSO- opleiding bestaat uit 2 gedeelten: Leren + Werken.
Het gedeelte Leren bestaat uit lessen Algemene Vorming + lessen Beroepsgerichte (praktische) Vorming.
Het Werk- gedeelte bestaat uit het leren van je beroep via werkervaring.

De 'Algemene Vorming' die je krijgt binnen DBSO (als je je diploma SO wil behalen) is vergelijkbaar met deze van het voltijds BSO.  ‘Vergelijkbaar’ wil niet zeggen ‘helemaal hetzelfde’.
'Vergelijkbaar' betekent dat de algemene vorming moet voldoen aan de eisen die gelden in het voltijds BSO. Dit betekent ook dat het centrum voor deeltijds onderwijs (CDO) binnen de 15 wekelijkse lesuren voldoende uren algemene vorming moet voorzien.
Het is uiteindelijk de klassenraad die beslist of je deze doelstellingen die in het leerplan zijn opgenomen, hebt bereikt.