HO
- Startpagina HO
- Algemene info HO
- Graduaatsopleidingen
- HBO5 Verpleegkunde
- Professionele bachelor
- Academische bachelor
- Ba-na-Ba
- Master
- Ma-na-Ma
- Postgraduaat
- Schakelprogramma's
- Studierendement
- Zoeken via alfabet
- Zoeken via belangstelling
- Zoeken via studiegebied
- Zoeken via schoolvakken
- Zoeken via instelling
- Zoeken via campussen
- Zoeken via provincie
- Zoeken via trefwoorden
- Zoeken via onderwijstaal
- Keuzetrajecten HO
- Flexibel studeren
- Functiebeperking en HO
- Recht op vrijstellingen?
- Zelftests
- Keuzerooster
- Buiten Vlaanderen
- International students
- Instellingen HO
- Bacheloropleidingen
- Leerkrediet
- Studentenhuizen
- SID-in's
- Studievoortgang
- Stoppen in HO
- Veranderen in HO
- Rapport schoolverlaters VDAB
- Deeltijds Kunstonderwijs
- Linken
- Downloads
- Moeilijke woorden

Moraalwetenschappen - Academische bachelor
Je start het eerste jaar met een aantal algemeen vormende vakken die een brede omkadering bieden zodat je basisinzichten verwerft in de humane wetenschappen (faculteitsbreed).
Als toekomstige moraalwetenschapper krijg je een basisopleiding in de Wijsbegeerte.
De klemtoon ligt echter op specifiek moraal-wetenschappelijke cursussen waarbij ook hedendaagse theorieën uitgebreid aan bod komen.
Daarnaast worden een aantal hulpwetenschappen bestudeerd.
Als moraalwetenschapper maak je uiteraard kennis met de wijsgerige onderzoeksvaardigheden, maar daarnaast zijn er ook vakken voorzien die je specifieke moraalwetenschappelijke onderzoeksvaardigheden bijbrengen.
Er is ruimte voor een persoonlijke invulling via een minor voor 30 studiepunten.
De minor wordt verdeeld over het tweede en het derde jaar.
De minor verzekert het onmisbare contact met andere wetenschappen.
Bovendien is het in sommige gevallen mogelijk om dankzij de gekozen minor over te stappen naar een andere master (na het volgen van een voorbereidingsprogramma of verkorte bachelor).
In de derde bachelor werk je aan je bachelorpaper waarin je de vaardigheden die je tijdens je bachelorstudie hebt verworven kan aanwenden.
Voor wie?
Als je je aangetrokken voelt tot de studies van Moraalwetenschappen dan heb je een sterke interesse in levensproblemen en maatschappelijke evoluties.
Daarnaast mag je niet opzien tegen heel wat zelfstandig werk.
Je hebt veel lectuur te verwerken, en er wordt verwacht dat je teksten en situaties kritisch gaat analyseren waarbij je uiteraard een eigen visie ontwikkelt.
Je kiest dus voor een richting waar kritische ingesteldheid tot de basisuitrusting behoort.
Dat veronderstelt dat je openstaat voor de meest uiteenlopende visies en ideeën zonder angst voor die ‘vrijheid’.
Daarenboven biedt de studie Moraalwetenschappen door haar veelzijdigheid ook ruimte voor persoonlijke interesse.
Jouw inbreng is niet alleen wenselijk maar ook noodzakelijk.
Niet verwonderlijk dat de studies vooral kritische mensen aantrekken, die bereid zijn hun zekerheden in vraag te stellen en wetenschappelijk te herdenken.
Studiepunten
180 (bachelor) + 60 (master)

Moraalwetenschappen - Academische bachelor |
Algemene info
Je start het eerste jaar met een aantal algemeen vormende vakken die een brede omkadering bieden zodat je basisinzichten verwerft in de humane wetenschappen (faculteitsbreed).
Als toekomstige moraalwetenschapper krijg je een basisopleiding in de Wijsbegeerte.
De klemtoon ligt echter op specifiek moraal-wetenschappelijke cursussen waarbij ook hedendaagse theorieën uitgebreid aan bod komen.
Daarnaast worden een aantal hulpwetenschappen bestudeerd.
Als moraalwetenschapper maak je uiteraard kennis met de wijsgerige onderzoeksvaardigheden, maar daarnaast zijn er ook vakken voorzien die je specifieke moraalwetenschappelijke onderzoeksvaardigheden bijbrengen.
Er is ruimte voor een persoonlijke invulling via een minor voor 30 studiepunten.
De minor wordt verdeeld over het tweede en het derde jaar.
De minor verzekert het onmisbare contact met andere wetenschappen.
Bovendien is het in sommige gevallen mogelijk om dankzij de gekozen minor over te stappen naar een andere master (na het volgen van een voorbereidingsprogramma of verkorte bachelor).
In de derde bachelor werk je aan je bachelorpaper waarin je de vaardigheden die je tijdens je bachelorstudie hebt verworven kan aanwenden.
Voor wie?
Als je je aangetrokken voelt tot de studies van Moraalwetenschappen dan heb je een sterke interesse in levensproblemen en maatschappelijke evoluties.
Daarnaast mag je niet opzien tegen heel wat zelfstandig werk.
Je hebt veel lectuur te verwerken, en er wordt verwacht dat je teksten en situaties kritisch gaat analyseren waarbij je uiteraard een eigen visie ontwikkelt.
Je kiest dus voor een richting waar kritische ingesteldheid tot de basisuitrusting behoort.
Dat veronderstelt dat je openstaat voor de meest uiteenlopende visies en ideeën zonder angst voor die ‘vrijheid’.
Daarenboven biedt de studie Moraalwetenschappen door haar veelzijdigheid ook ruimte voor persoonlijke interesse.
Jouw inbreng is niet alleen wenselijk maar ook noodzakelijk.
Niet verwonderlijk dat de studies vooral kritische mensen aantrekken, die bereid zijn hun zekerheden in vraag te stellen en wetenschappelijk te herdenken.
Studiepunten
180 (bachelor) + 60 (master)
Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):
Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.
Economie en bedrijfskunde |
Globalisering en diversiteit |
Onderwijs |
Politieke en sociale wetenschappen |
Psychologie |
Recht |
Religiestudies |
TOELATINGSVOORWAARDEN
Je wordt rechtstreeks toegelaten als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's:
- een diploma van secundair onderwijs;
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
- een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid);
- een buitenlands diploma of getuigschrift dat gelijkwaardig verklaard is met één van bovenstaande.
Uitzonderingen :
- Er is een toelatingsproef voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
- Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
- Er is een verplichte niet bindende toelatingsproef voor de opleidingen Burgerlijk Ingenieur, Burgerlijk Ingenieur-Architect en Diergeneeskunde.
Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!
Extra taalvoorwaarden voor internationale studenten
De onderwijsinstellingen kunnen het slagen in een examen in de onderwijstaal opleggen als toelatingseis voor houders van een buitenlands diploma.
Situering
Opleiding: Moraalwetenschappen
Studieniveau: Academische bachelor - HO
Specificatie: Bachelor of Arts
Studiegebied: Wijsbegeerte en Moraalwetenschappen
Belangstellingsdomeinen: Sociale wetenschappen,
Schoolvakken SO: Moraal/NC Zedenleer, Wijsgerige stromingen,
Vervolgopleidingen
een masteropleiding
Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.
Masteropleidingen binnen dit studiegebied
een postgraduaat
Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.
een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)
Verder studeren kan ook in een Ba-na-Ba. Dit is een verdere specialisatie, aansluitend op je basisopleiding en omvat minstens 60 studiepunten. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelatingsvoorwaarden kunnen verschillen per opleiding.
een verkorte bachelor/master
Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt
dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig
bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.
Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.
een lerarenopleiding
Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.
na- of bijscholingen
Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.
Beroepsuitwegen
Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.
Het is niet eenvoudig om een gedetailleerd beeld te schetsen van jobvooruitzichten en jobinvulling voor moraalwetenschappers, omdat deze opleiding niet direct tot een bepaald beroep opleidt.
Uit de praktijk blijkt dat heel wat studenten deze richting volgen zonder direct een job voor ogen te hebben of te ambiëren.
De opleiding wordt dan louter gevolgd uit interesse en met het oog op persoonlijke vorming.
Een aantal afgestudeerden komt terecht in de openbare sector in niet-specifieke functies die openstaan voor alle afgestudeerden van dit niveau.
Via een lerarenopleiding komen er heel wat afgestudeerden in het onderwijs terecht, als leraar zedenleer in het lager of secundair onderwijs.
Andere mogelijkheden zijn er ook in de pastorale sector (jongeren, gevangenissen, ontwikkelingswerk) en de vormingssector (socio-culturele organisaties).
Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer.
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn.
Klik op een beroep voor meer informatie.
Mogelijke beroepen
Vlaamse Kwalificatiestructuur
Kwalificaties beschrijven wat je moet kennen en kunnen om een beroep uit te oefenen, een opleiding te starten of deel te nemen aan de maatschappij. De Kwalificatiedatabank bevat alle beroepskwalificaties en onderwijskwalificaties uit de Vlaamse kwalificatiestructuur.
Studierendement
Studierichting 3e graad SO | Aantal studenten | Participatie- graad |
Gemiddeld SR |
SR 0% |
SR 1-24% |
SR 25-49% |
SR 50-84% |
SR 85-100% |
SR nvt |
Humane wetenschappen (ASO) | 41 | 0,16 | 59,52 | 2 | 7 | 6 | 11 | 11 | 4 |
Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.
Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het
studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het
hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van
het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten
(waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%,
50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student
zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% =
de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten
waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze
secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.
Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:
- ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
- VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
- met een DIPLOMACONTRACT,
- aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.
Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich
inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire
studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.
Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire
studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer
tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.
bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming
Gegevens bijgewerkt tot 06-03-2020 |

Moraalwetenschappen - Academische bachelor |
Algemene info
Je start het eerste jaar met een aantal algemeen vormende vakken die een brede omkadering bieden zodat je basisinzichten verwerft in de humane wetenschappen (faculteitsbreed).
Als toekomstige moraalwetenschapper krijg je een basisopleiding in de Wijsbegeerte.
De klemtoon ligt echter op specifiek moraal-wetenschappelijke cursussen waarbij ook hedendaagse theorieën uitgebreid aan bod komen.
Daarnaast worden een aantal hulpwetenschappen bestudeerd.
Als moraalwetenschapper maak je uiteraard kennis met de wijsgerige onderzoeksvaardigheden, maar daarnaast zijn er ook vakken voorzien die je specifieke moraalwetenschappelijke onderzoeksvaardigheden bijbrengen.
Er is ruimte voor een persoonlijke invulling via een minor voor 30 studiepunten.
De minor wordt verdeeld over het tweede en het derde jaar.
De minor verzekert het onmisbare contact met andere wetenschappen.
Bovendien is het in sommige gevallen mogelijk om dankzij de gekozen minor over te stappen naar een andere master (na het volgen van een voorbereidingsprogramma of verkorte bachelor).
In de derde bachelor werk je aan je bachelorpaper waarin je de vaardigheden die je tijdens je bachelorstudie hebt verworven kan aanwenden.
Voor wie?
Als je je aangetrokken voelt tot de studies van Moraalwetenschappen dan heb je een sterke interesse in levensproblemen en maatschappelijke evoluties.
Daarnaast mag je niet opzien tegen heel wat zelfstandig werk.
Je hebt veel lectuur te verwerken, en er wordt verwacht dat je teksten en situaties kritisch gaat analyseren waarbij je uiteraard een eigen visie ontwikkelt.
Je kiest dus voor een richting waar kritische ingesteldheid tot de basisuitrusting behoort.
Dat veronderstelt dat je openstaat voor de meest uiteenlopende visies en ideeën zonder angst voor die ‘vrijheid’.
Daarenboven biedt de studie Moraalwetenschappen door haar veelzijdigheid ook ruimte voor persoonlijke interesse.
Jouw inbreng is niet alleen wenselijk maar ook noodzakelijk.
Niet verwonderlijk dat de studies vooral kritische mensen aantrekken, die bereid zijn hun zekerheden in vraag te stellen en wetenschappelijk te herdenken.
Studiepunten
180 (bachelor) + 60 (master)
Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):
Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.
Economie en bedrijfskunde |
Globalisering en diversiteit |
Onderwijs |
Politieke en sociale wetenschappen |
Psychologie |
Recht |
Religiestudies |
TOELATINGSVOORWAARDEN
Je wordt rechtstreeks toegelaten als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's:
- een diploma van secundair onderwijs;
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
- een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid);
- een buitenlands diploma of getuigschrift dat gelijkwaardig verklaard is met één van bovenstaande.
Uitzonderingen :
- Er is een toelatingsproef voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
- Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
- Er is een verplichte niet bindende toelatingsproef voor de opleidingen Burgerlijk Ingenieur, Burgerlijk Ingenieur-Architect en Diergeneeskunde.
Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!
Extra taalvoorwaarden voor internationale studenten
De onderwijsinstellingen kunnen het slagen in een examen in de onderwijstaal opleggen als toelatingseis voor houders van een buitenlands diploma.
Situering
Opleiding: Moraalwetenschappen
Studieniveau: Academische bachelor - HO
Specificatie: Bachelor of Arts
Studiegebied: Wijsbegeerte en Moraalwetenschappen
Belangstellingsdomeinen: Sociale wetenschappen,
Schoolvakken SO: Moraal/NC Zedenleer, Wijsgerige stromingen,
Vervolgopleidingen
een masteropleiding
Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.
Masteropleidingen binnen dit studiegebied
een postgraduaat
Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.
een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)
Verder studeren kan ook in een Ba-na-Ba. Dit is een verdere specialisatie, aansluitend op je basisopleiding en omvat minstens 60 studiepunten. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelatingsvoorwaarden kunnen verschillen per opleiding.
een verkorte bachelor/master
Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt
dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig
bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.
Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.
een lerarenopleiding
Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.
na- of bijscholingen
Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.
Beroepsuitwegen
Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.
Het is niet eenvoudig om een gedetailleerd beeld te schetsen van jobvooruitzichten en jobinvulling voor moraalwetenschappers, omdat deze opleiding niet direct tot een bepaald beroep opleidt.
Uit de praktijk blijkt dat heel wat studenten deze richting volgen zonder direct een job voor ogen te hebben of te ambiëren.
De opleiding wordt dan louter gevolgd uit interesse en met het oog op persoonlijke vorming.
Een aantal afgestudeerden komt terecht in de openbare sector in niet-specifieke functies die openstaan voor alle afgestudeerden van dit niveau.
Via een lerarenopleiding komen er heel wat afgestudeerden in het onderwijs terecht, als leraar zedenleer in het lager of secundair onderwijs.
Andere mogelijkheden zijn er ook in de pastorale sector (jongeren, gevangenissen, ontwikkelingswerk) en de vormingssector (socio-culturele organisaties).
Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer.
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn.
Klik op een beroep voor meer informatie.
Mogelijke beroepen
Vlaamse Kwalificatiestructuur
Kwalificaties beschrijven wat je moet kennen en kunnen om een beroep uit te oefenen, een opleiding te starten of deel te nemen aan de maatschappij. De Kwalificatiedatabank bevat alle beroepskwalificaties en onderwijskwalificaties uit de Vlaamse kwalificatiestructuur.
Studierendement
Studierichting 3e graad SO | Aantal studenten | Participatie- graad |
Gemiddeld SR |
SR 0% |
SR 1-24% |
SR 25-49% |
SR 50-84% |
SR 85-100% |
SR nvt |
Humane wetenschappen (ASO) | 41 | 0,16 | 59,52 | 2 | 7 | 6 | 11 | 11 | 4 |
Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.
Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het
studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het
hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van
het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten
(waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%,
50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student
zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% =
de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten
waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze
secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.
Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:
- ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
- VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
- met een DIPLOMACONTRACT,
- aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.
Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich
inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire
studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.
Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire
studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer
tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.
bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming
Gegevens bijgewerkt tot 06-03-2020 |