Deeltijds Beroepssecundair Onderwijs (DBSO)


Beschrijving?

Deeltijds beroepssecundair onderwijs is bedoeld voor leerlingen die niet langer voltijds op de schoolbanken willen zitten. Het combineert leren en werken en wordt georganiseerd door een Centrum voor Deeltijds Onderwijs (CDO). 

Vergis je niet: ook in het DBSO ben je voltijds (= minimum 28 u/week) bezig met je opleiding. De term ’deeltijds’ slaat enkel op het volgen van de lessen. Vanaf 2021-2022 rust de verantwoordelijkheid voor het realiseren van een voltijds engagement bij het CDO.

Je week ziet er als volgt uit: 
2 dagen les (minimum 15 u per week) in een CDO + 
3 dagen werkplekleren (minimum 13 u per week). 

Binnen het DBSO bestaat ook Duaal DBSO.
Duale opleidingen zijn bedoeld om een beroep aan te leren én een diploma/getuigschrift of (deel-)certificaat te behalen. Ook hier leer je via een combinatie van  ‘lessen + leren op een werkplek’.
Een aantal centra voor Deeltijds Onderwijs biedt een duale opleiding aan naast klassieke DBSO- opleidingen. 

Meer info lees je op de pagina over Duaal Leren.

Welke Opleidingen?

Je hebt de keuze tussen een groot aantal DBSO- opleidingen: Opleidingen DBSO

 

Wie kan traditioneel DBSO volgen?

Leeftijd

  • Elke jongere tussen 16 en 25 jaar

  • Elke 15- jarige die ten minste de eerste 2 jaren van het voltijds secundair onderwijs (= de 1e graad SO) heeft afgemaakt.

  • Op het einde van het schooljaar (30 juni) waarin de jongere 25 wordt, stopt het DBSO.

Een individuele afwijking om vanaf het begin van het schooljaar waarin je 15 wordt te kunnen starten in DBSO, kan worden toegestaan door de CDO- directie, na advies van het CLB.

Technisch gezien kan ook een 14-jarige die de eerste twee jaar SO ‘volbracht’ volbracht heeft, niet noodzakelijk ‘met vrucht’. toegelaten worden.
In de praktijk echter, vraagt men zich enkel te richten tot leerlingen die ten laatste op 31 december 15 jaar worden dit in het kader van de mogelijkheden tot tewerkstelling.

Nationaliteit

Leerlingen die komen uit:

  • een onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers (OKAN) of

  • uit een buitenlands onderwijssysteem

én rechtstreeks instromen in het DBSO, hebben hiervoor het akkoord van de klassenraad nodig. Idem voor leerlingen die uit het Frans- of Duitstalig onderwijs in België komen.
Indien het een overstap betreft vanuit OKAN, moet de (toelatings)klassenraad rekening houden met het advies van de klassenraad van dat onthaaljaar. Elke beslissing van de (toelatings)klassenraad die afwijkt van dat advies moet worden gemotiveerd.

Vooropleiding

-Enkel voor 15-jarige leerlingen geldt dat ze pas toegelaten worden als ze minstens de 1e graad van het voltijds SO hebben gevolgd. Ze hoeven niet geslaagd te zijn.

-Voor sommige DBSO- opleidingen is een bepaalde vooropleiding vereist.
Voor andere opleidingen moet je een bewijs hebben dat je medisch geschikt bent. Deze info wordt op Onderwijskiezer bij elke aparte DBSO- opleiding vermeld.
Individuele afwijkingen op de instapvereisten zijn mogelijk als de klassenraad hiertoe beslist.

Instromen (Inschrijven)

In principe kan je gedurende het hele schooljaar in het DBSO instromen. Zolang je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden)
Je schrijft je hiervoor in bij een CDO.
De volledige regelgeving rond toelatingsvoorwaarden vind je in de omzendbrief SO/2008/08 m.b.t. het "Stelsel van leren en werken"


Wie kan duaal DBSO volgen?

Iedereen die niet langer voltijds leerplichtig is, zoals beschreven bij het traditionele DBSO. In principe kan je instromen vanaf de leeftijd van 15 jaar.

Belangrijk verschil in vergelijking met het traditionele DBSO is dat de duale leerweg enkel bedoeld is voor leerlingen die arbeidsrijp zijn of  quasi- arbeidsrijp. Je moet dus bereid zijn om te leren via werkervaring.

Let wel: Starten met een duale DBSO-opleiding kan tot en met de 1e lesdag van november.
Als je later wil instappen (na deze datum of bij de aanvang van een 2e leerjaar van een tweejarige duale DBSO-opleiding) moet de toelatingsklassenraad akkoord gaan met deze laattijdige instap.

Wat mag je verwachten binnen het traditioneel DBSO?

Lessen?

Je zit minimum 15 u per week op de schoolbanken in een Centrum voor Deeltijds Onderwijs. 

Werkplekleren?

Je oefent minimum 13u per week je vaardigheden op de werkvloer. Je leert je job al doende.
Als deeltijds werken om de één of andere reden (nog) niet mogelijk is, worden er alternatieven voorzien door het CDO.

Op basis van een screening wordt bepaald wat het meest geschikte traject voor jou is:

  • Arbeidsdeelname  (AD): Als je al echt wil/kan werken. Als je de juiste attitudes hebt om te gaan werken (op tijd komen, inzet, leiding aanvaarden...) vult men de werkplekcomponent in via gewone tewerkstelling met een loon of  leervergoeding. In combinatie met de component 'leren' in een CDO voldoe je aan het voltijds engagement

    Het is het CDO dat finaal beslist op welke wijze de arbeidsdeelname voor een individuele jongere wordt ingevuld, na overleg met de jongere (indien meerderjarig) of zijn ouders (indien minderjarig).
    Komen voor arbeidsdeelname in aanmerking :
    a) elke vorm van reguliere tewerkstelling op basis van een overeenkomst van alternerende opleiding, een stageovereenkomst alternerende opleiding of een deeltijdse arbeidsovereenkomst.
    b) het volgen van een sportgerelateerde opleiding DO, waarbij de opleiding enerzijds een duidelijke beroepskwalificatie moet hebben die op zijn minst minimale aansluiting vindt bij de beoefende sport en anderzijds georganiseerd wordt in overleg met en na formele instemming van een erkende sportfederatie;
    c) het vrijwilligerswerk, zoals bij wet bepaald;
    d) het tijdelijk volgen van een bijkomende opleiding (buiten DO) of cursus die specifiek gericht is op het verhogen van de tewerkstellingsperspectieven of inzetbaarheid op de arbeidsmarkt, bv. een sollicitatietraining, attitudetraining, intensieve taalcursus ...
    e) het verrichten van culturele, sociale of sportactiviteiten georganiseerd door een instantie van de overheid of erkend door of namens een overheid.

  • Aanloopcomponent (AC) als je graag wil werken maar nog enkele arbeidsattitudes en vaktechnische vaardigheden moet aanleren. In combinatie met de component 'leren' in een CDO voldoe je aan het voltijds engagement.

    Indien een jongere echter niet arbeidsrijp/arbeidsbereid is kan een naadloos flexibel traject (NAFT) aangewezen zijn. NAFT wordt georganiseerd ter vervanging van de component leren, de component werkplekleren of beide componenten samen. De toeleiding naar een NAFT vindt plaats na de screening (door het CDO) en op advies van het CLB (na een handelingsgericht traject). Het CDO, het CLB en de organisator van het NAFT-traject bepalen voorafgaand aan de start van het traject welke organisatievorm aangewezen is. Het is het CLB die leerlingen voor een NAFT aanmeldt bij de aanbieders ervan. Een NAFT kan gespreid worden over een aantal weken, eventueel schooljaaroverschrijdend. Een NAFT kan starten op elk moment van het schooljaar en duurt zo lang als nodig, maar zo kort als mogelijk. 

  • Als je + 18 jaar bent kan je enkel kiezen voor AD (= gewone tewerkstelling), maar kan er wel een NAFT ingezet worden.

Waar?

Les volgen doe je in een Centrum voor Deeltijds Onderwijs (CDO). Deze centra zijn meestal verbonden aan secundaire tso/bso-scholen. Ze kunnen ook autonoom zijn.

Organisatie?

DBSO- opleidingen worden ofwel lineair ofwel modulair georganiseerd. De meeste niet- duale DBSO-opleidingen worden modulair aangeboden.

Modulair betekent:
De leerstof wordt opgedeeld in verschillende leerpakketten of modules. Elke module is een afgerond deel van een opleiding.
Elke module kan starten op elk ogenblik van het schooljaar en gespreid worden over 1 of meerdere schooljaren. Sommige modules zijn onafhankelijk van elkaar, andere modules moeten in een bepaalde volgorde doorlopen worden (sequentieel).

Lineair 
betekent:
De opleidingen starten bij het begin van het schooljaar en lopen over 1 of meerdere volledige schooljaren.

Waaruit bestaat mijn opleiding in Duaal DBSO?

Je krijgt lessen algemene vorming + beroepsgerichte vorming.

Algemene vorming bestaat uit: het Project Algemene vakken, Frans of Engels en de vakoverschrijdende eindtermen van het SO.
Deze lessen worden hoofdzakelijk gegeven op het CDO. Ook worden er praktijklessen gegeven.
Algemene vorming kan ook deels geïntegreerd worden in de beroepsgerichte vorming.
Ook praktijklessen worden op het CDO gegeven.

De beroepsgerichte vorming is gebaseerd op Beroepskwalificatie(s).
Hierin staat wat je moet kunnen als beginnende werknemer in een bepaald beroep.
Deze vorming krijg je vooral op je reële werkplek en gedeeltelijk op het CDO.

Meer dan de helft van je opleiding breng je door op de werkvloer. Gemiddeld is dit 20u per week (of meer).

Er wordt een individueel opleidingsplan uitgewerkt. Hierin wordt rekening gehouden met je werkplek en je specifieke noden.
Het Centrum voor Deeltijds beroepssecundair Onderwijs (CDO) beslist vrij hoe het standaardtraject wordt vertaald naar lessen en hoeveel opleidingsuren op het CDO worden gegeven.

De opleiding kan lineair of modulair georganiseerd worden.
Lineair? dan volg je les volgens een schooljaarsysteem,
Modulair? dan bestaat je opleiding uit clusters (bundels van leeractiviteiten).

Welke procedure moet ik volgen na mijn toelating tot het niet- duale DBSO?

Elke leerling doorloopt volgende stadia:
Aanmelding
Je meldt je aan in een CDO.
Inschrijving
Je schrijft je in waarna  voor elke jongere de verplichte screening volgt.
Screening
Dit gebeurt ten laatste op 14 september of binnen de 14 dagen bij een laattijdige inschrijving.
De screening is eenmalig en hoeft niet meer wanneer dit al gebeurde bij een eerdere inschrijving in een ander of in hetzelfde centrum.
Het resultaat van de screening is bindend (voor zij die nog in geen ander CDO een screening hadden doorlopen) en wordt opgenomen in het trajectvolgsysteem van de VDAB. 

Wat gaat de screening na?
Je arbeidsrijpheid, interesses, motivatie en eerder verworven competenties. 
Op basis van de screeningsresultaten kom je meestal terecht in 1 van de 3 trajecten (AD, AC of NAFT)

Je krijgt tijdens het doorlopen van dit ‘traject- op- maat’, trajectbegeleiding. Het is de bedoeling om je zo goed mogelijk te begeleiden naar de arbeidswereld.
Na de screening kan men je ook adviseren een andere opleiding of een andere vorm van onderwijs (bv. buitengewoon onderwijs of leertijd) te volgen.

Mogelijke Trajecten

  • de arbeidsdeelname
  • de aanloopcomponent

Een naadloos flexibel traject (NAFT) behoort ook tot de mogelijkheden. Daarvoor moet het CDO in overleg gaan met het CLB. Het CLB kan dan - op basis van een handelingsgericht traject - de leerling aanmelden voor een NAFT.

Trajectbegeleiding
Binnen een CDO zijn 1 of meer personen verantwoordelijk voor de trajectbegeleiding. 
Voor elke jongere wordt zo vlug mogelijk (ten laatste 1 maand na de screening) een trajectbegeleidingsplan opgesteld.
Bedoeling is je op je eigen tempo naar arbeidsdeelname te loodsen.
Om de 2 maanden is er overleg tussen de trajectbegeleider, het CLB en indien nodig de VDAB om het trajectbegeleidingsplan te evalueren en eventueel aan te passen. 
De trajecten die je doorloopt, worden geregistreerd in het trajectvolgsysteem van de VDAB. Je hoeft niet alle fasen te doorlopen, je kan ook steeds terugvallen naar een lager traject.

Als je binnen een schooljaar 30 dagen (60 halve dagen) problematisch afwezig bent, wordt je inschrijving stop gezet als je dan niet meer leerplicht bent.

Welk Contract/ Overeenkomst in niet-duaal DBSO?

Ingeval van arbeidsdeelname in het normaal economisch circuit, sluit je 1 van volgende (bezoldigde) overeenkomsten af (sinds 1/9/2016*):

  • de overeenkomst alternerende opleiding (vanaf 20u per week werken op jaarbasis) of
  • de deeltijdse arbeidsovereenkomst (minder 20u per week werken op jaarbasis)OF
  • de deeltijdse arbeidsovereenkomst sociale maribel als je werkt in de non-profit sector in een organisatie waarvoor de sociale maribel**geldt. (kan zowel bij meer als bij minder dan 20u per week werken op de werkplek)

*Reeds bestaande overeenkomsten, lopen verder tot hun einddatum.
**Regeling voor werkplekken in Vlaanderen en Brussel uit de non-profitsector. Bedoeling is nieuwe arbeidsplaatsen creëren via patronale bijdrageverminderingen.

Welke overeenkomst is mogelijk in duaal DBSO?

Overeenkomst alternerende opleiding (OAO- als je op jaarbasis gemiddeld meer dan 20u/week doorbrengt op je werkplek.

Deeltijdse arbeidsovereenkomst  sociale maribel als je werkt in een onderneming uit de non-profitsector waarvoor de sociale maribel geldt. Deze kan zowel afgesloten worden ingeval meer als minder dan 20u/week gewerkt wordt in de onderneming.

Deeltijdse arbeidsovereenkomst als je op jaarbasis gemiddeld minder dan 20 u/ week op je werkplek doorbrengt.

 

 Evaluatie

De klassenraad beslist of je geslaagd bent voor zowel de leergedeelte als voor het werkplekleren. Zij bepalen ook op welke manier je wordt geëvalueerd.

-Modulair onderwijs: De evaluatie van een module/ een opleiding kan gebeuren op elk ogenblik van het schooljaar. De school legt vast wanneer.

-Lineair onderwijs: Ingeval je lineair DBSO volgt, wordt je geëvalueerd op 30 juni. 

Wat kan ik behalen?

Je kan mits te voldoen aan de nodige voorwaarden, kwalificaties behalen via het traditioneel DBSO:

  • een attest van verworven competenties;

  • een deelcertificaat van een module;

  • een certificaat van een opleiding;

  • een getuigschrift 2e graad secundair onderwijs;

  • een studiegetuigschrift van het 2e leerjaar van de 3e graad secundair onderwijs;

  • een diploma secundair onderwijs;

  • een getuigschrift over de basiskennis van het bedrijfsbeheer.

Ingeval je modulair DBSO volgt, kan je tussentijds slagen in modules.
Concreet betekent dit dat je tijdens je opleiding, dus ook tijdens het schooljaar, een aantal keer beloond kan worden voor een afgewerkt leerpakket. Dan krijg je  meteen een deelcertificaat. Dit is een geldig bewijs dat je een onderdeel van het beroep beheerst.
Als je geslaagd bent in alle modules van je opleidingstraject krijg je het certificaat van de beroepsopleiding. Dit certificaat wordt erkend door de bedrijfswereld.

Via duaal DBSO kan je volgende kwalificaties behalen (afhankelijk van de graad van de opleiding):

  • een getuigschrift van de 2e graad van het BSO
  • een bewijs/bewijzen van beroepskwalificatie(s)
  • een bewijs/bewijzen van deelkwalificatie(s)
  • een bewijs van competentie(s)
  • een studiegetuigschrift
  • een diploma secundair onderwijs

 

Financiën?

Verdien ik iets?

Soms ontvang je een loon, soms een leervergoeding. 
Jongeren met een overeenkomst van alternerende opleiding die slagen in hun opleidingsjaar hebben bovendien recht op een startbonus!

Hoeveel je per maand verdient hangt af van verschillende factoren: je contract, het soort ‘werkplekleren’, de beroepssector, ….

 

Soort overeenkomst

Wat verdien je?

Extra info

DA

Deeltijdse
arbeidsovereenkomst
of
Deeltijdse arbeidsovereenkomst sociale maribel**

Loon

Voor je werk tijdens het werkplekleren.

Bedrag is afhankelijk van aantal gewerkte uren + afhankelijk van geldend CAO in de beroepssector.

 

OAO

Overeenkomst Alternerende opleiding

Leervergoeding

480,90 euro/maand

Tijdens 1e jaar van alternerende opleiding

530,70 euro/maand

Na slagen in 1e jaar van de alternerende opleiding (of na geslaagd te zijn in 2e graad SO)

572,10

euro/maand

Na slagen in 2e jaar van de alternerende opleiding (of na geslaagd te zijn in 5SO of in kwalificatiefase BUSO OV3)

Voor zowel werkplekleren als voor het opleidingsgedeelte dat je volgt

 

  • ligt vast
  • is hetzelfde voor alle beroepssectoren (Bedrijven kunnen zelf nog extra  bonussen/premies geven).
  • hangt af van het opleidingsjaar dat je volgt van je alternerende opleiding

 

Bedragen op 1/09/2018

*Voor de lopende overeenkomsten betaalt het bedrijf waarin je werkt  nog de ‘oude’ bedragen. 
Per maand ontvang je een leervergoeding tussen 329,46 en 541,09 euro bruto naargelang je leeftijd en het jaar van je opleiding.

**Regeling voor werkplekken in Vlaanderen en Brussel uit de non-profitsector. De trajectbegeleider uit het CDO kan je hierover verder informeren. 

Groeipakket/ Kinderbijslag?

Tot 31 augustus van het jaar waarin je 18 wordt, is er altijd recht op het groeipakket, ongeacht wat je verdient.
Na die datum blijft de bijslag enkel behouden wanneer je niet meer verdient dan de kinderbijslaggrens.

Schooltoelagen?

Soms kan je in DBSO een studietoelage krijgen van de overheid, of je nu een tewerkstelling hebt of niet. Dit kan tot en met het schooljaar waarin je 22 jaar wordt. Of je in aanmerking komt en de grootte van het bedrag hangt af van factoren zoals: je loon, het aantal kinderen ten laste… .  

Spijbelaars kunnen hun schooltoelage verliezen.

Kosten?
In DBSO kan geen inschrijvingsgeld worden gevraagd.
Per schooljaar kan een bijdrage gevraagd worden voor bepaalde onderwijskosten en/of leermiddelen, op voorwaarde dat de kosten vooraf gecommuniceerd werden. Het bedrag kan variëren naargelang de opleiding.

 

Wat na het DBSO?

De meeste leerlingen gaan na hun deeltijdse opleiding direct werken

Je kan ook, afhankelijk van de behaalde studiebewijzen, terugkeren naar het secundair onderwijs of zelfs verder studeren in het hoger (beroeps)onderwijs, het volwassenenonderwijs….
Informeer je hierover vooraf bij het CLB.

Overstap naar voltijds secundair onderwijs?

Tussen 1 september en 15 november kan je overstappen vanuit DBSO naar het voltijds SO.
Natuurlijk moet je aan de toelatingsvoorwaarden voor de voltijdse studierichting voldoen.

Een attest van het centrum voor deeltijds onderwijs geldt als bewijs dat je er was ingeschreven.
Op basis van dit attest wordt je afwezigheid in het voltijds SO tussen 1 september en de datum van overstap gewettigd. De 1e dag van je effectieve aanwezigheid in het voltijds SO wordt je ingeschreven.

Na 15 november overstappen naar het voltijds secundair onderwijs is minder evident. De school beslist zelf of ze de tijd dat je afwezig was in het voltijds SO wenst te wettigen.
De school bepaalt wie hierover beslist.
Zo beslist de directeur vaak over de persoonlijke redenen die aanleiding geven tot een overstap en de toelatingsklassenraad over een laattijdige inschrijving… De ouders kunnen hiertegen niet in beroep gaan.

(Info in de Omzendbrief aangaande Afwezigheden en in- en uitschrijvingen in het voltijds gewoon secundair onderwijs en het deeltijds secundair onderwijs,  2.1.2. Overgang vanuit het deeltijds naar het voltijds secundair onderwijs)

Meer Info?

Omzendbrief Stelsel van leren en werken, SO/2008/08

Info SYNTRA Vlaanderen over overeenkomsten binnen DBSO, de Leertijd en Duaal Leren.

SYNTRA Vlaanderen, Wegwijs – overeenkomst alternerende opleiding, een leidraad voor leerlingen, ouders, opleidings- en onderwijsinstellingen en ondernemingen.
Info over schooltoelage: https://www.vlaanderen.be/de-schooltoeslag-vanaf-schooljaar-2019-2020-groeipakket