Architecturale en beeldende vorming - Tweede graad

Studierichting "Architecturale en beeldende vorming"

Naast de kunstgerichte vakken is de basisvorming stevig uitgebouwd. Dat merk je bijvoorbeeld in volgende vakken vakken:

  • wiskunde (verdiepte wiskunde met aandacht voor ruimtemeetkunde), 
  • fysica (elektromagnetisme, mechanica, thermodynamica, bouwkunde en constructieleer). 

Vandaar dat je best met een voldoende sterke basis wiskunde aan deze opleiding begint.

Daarnaast scherp je je artistieke en culturele interesse aan, ontwikkel je je creativiteit, waarneming, ruimtelijk inzicht en leer je ontwerpen in een beeldende en architecturale context.

  • Binnen beeldende vorming maak je kennis met verschillende technieken en materialen.Er wordt heel wat tijd besteed aan het uitwerken van praktische opdrachten.Je leert vormgeven met hout, metaal, zand, recyclagemateriaal, verf, klei… 
  • In waarnemingstekenen leer je tekenen wat je ziet.Je gebruikt hiervoor potlood, krijt, pastel, houtskool, inkt en allerlei andere materialen.Al doende krijg je inzicht in vorm, ruimte, kleur, compositie…  
  • Naast het vrij beeldend tekenen, leer je ook exact tekenen. Je maakt projectietekeningen van grondvlakken, zijaanzichten en perspectieven van complexe volumes.Je leert je creaties zowel voorstellen met grafische computertoepassingen als met verschillende tekeninstrumenten.
  • In architecturale vorming maak je kennis met de basisprincipes van de architectuur en de industriële vormgeving. Je leert elementaire bouwmaterialen en constructies kennen.

Andere kunstuitingen (audiovisuele kunst, muziek, ballet, dans …) komen aan bod in kunstgeschiedenis en kunstinitiatie.

Architecturale en beeldende vorming                  



Beschrijving van de opleiding

Naast de kunstgerichte vakken is de basisvorming stevig uitgebouwd. Dat merk je bijvoorbeeld in volgende vakken vakken:

  • wiskunde (verdiepte wiskunde met aandacht voor ruimtemeetkunde), 
  • fysica (elektromagnetisme, mechanica, thermodynamica, bouwkunde en constructieleer). 

Vandaar dat je best met een voldoende sterke basis wiskunde aan deze opleiding begint.

Daarnaast scherp je je artistieke en culturele interesse aan, ontwikkel je je creativiteit, waarneming, ruimtelijk inzicht en leer je ontwerpen in een beeldende en architecturale context.

  • Binnen beeldende vorming maak je kennis met verschillende technieken en materialen.Er wordt heel wat tijd besteed aan het uitwerken van praktische opdrachten.Je leert vormgeven met hout, metaal, zand, recyclagemateriaal, verf, klei… 
  • In waarnemingstekenen leer je tekenen wat je ziet.Je gebruikt hiervoor potlood, krijt, pastel, houtskool, inkt en allerlei andere materialen.Al doende krijg je inzicht in vorm, ruimte, kleur, compositie…  
  • Naast het vrij beeldend tekenen, leer je ook exact tekenen. Je maakt projectietekeningen van grondvlakken, zijaanzichten en perspectieven van complexe volumes.Je leert je creaties zowel voorstellen met grafische computertoepassingen als met verschillende tekeninstrumenten.
  • In architecturale vorming maak je kennis met de basisprincipes van de architectuur en de industriële vormgeving. Je leert elementaire bouwmaterialen en constructies kennen.

Andere kunstuitingen (audiovisuele kunst, muziek, ballet, dans …) komen aan bod in kunstgeschiedenis en kunstinitiatie.

Welke lessen krijg je?

De lesinhouden (lessenroosters) verschillen van school tot school. Scholen hebben een grote vrijheid om het lessenpakket te organiseren. Daarom vermelden we geen lessenroosters meer.
Je kan ervan uitgaan dat de lessen bestaan uit:

  • basisvorming die hetzelfde is voor elke leerling in hetzelfde leerjaar in een studierichting met dezelfde finaliteit +
  • vorming die typisch is voor de studierichting +
  • enkele uurtjes die de school vrij mag invullen

Gedetailleerde informatie vind je op de websites van de scholen.

Meer informatie over de inhoud, competenties en doelstellingen lees je in het curriculumdossier.

Scholen


   GO! SBSO Sterrebos, Passendaalsestraat 26, 8890 Moorslede    051 77 77 75         t 9  

Toelatingsvoorwaarden

Je mag starten in het 3e jaar SO in een studierichting van de finaliteit doorstroom als je:

  • geslaagd bent in het 2e leerjaar A * (in eender welke basisoptie) 
  • geslaagd bent in het 2e leerjaar B in de opstroomoptie of in een combinatie van basisopties waaronder de opstroomoptie
  • geslaagd bent in het 2e leerjaar B in een andere basisoptie of een combinatie van basisopties andere dan de opstroomoptie als de toelatingsklassenraad akkoord gaat
  • geslaagd bent in 3e jaar SO in een studierichting van de finaliteit arbeidsmarkt/beroepssecundair onderwijs en de toelatingsklassenraad akkoord gaat

(* geslaagd zijn betekent dat je een A-attest of een B-attest hebt behaald. In geval van een B-attest dien je rekening te houden met de clausuleringen (beperkingen) die de klassenraad heeft opgelegd.) Een leerling die rechtstreeks overkomt uit een niet-Vlaamse school (buitenlandse school, Frans- of Duitstalige school in België) of uit een onthaaljaar voor anderstalige nieuwkomers, kan toegelaten worden onder de volgende voorwaarde: gunstige beslissing van de toelatingsklassenraad, waarin alle leraars van het betrokken structuuronderdeel zijn opgenomen. De beslissing van de toelatingsklassenraad wordt genomen uiterlijk 35 lesdagen na aanvang van de effectieve regelmatige lesbijwoning door de leerling.

Als je uit een andere opleidingsvorm van het buitengewoon secundair onderwijs komt (Opleidingsvorm 1, 2, 3) kan je worden toegelaten tot het 3e jaar in opleidingsvorm 4 op voorwaarde dat de toelatingsklassenraad akkoord gaat

Bijkomende toelatingsvoorwaarden:


Je moet beschikken over een OV4-verslag opgesteld door een CLB.
 

Voor elke opleiding bestaat een curriculumdossier. Voor bepaalde studierichtingen zijn specifieke toelatingsvoorwaarden van toepassing (medisch, veiligheid, topsportstatuut, ...). De toelatingsvoorwaarden voor jouw richting kan je hier opzoeken. Kies je opleiding en volg de link naar het curriculumdossier.


Extra

Toelating voor cognitief sterk functionerende leerlingen:

Als je verstandelijk vooruit bent op je leeftijdsgenoten (= cognitief sterk functionerend) kan je ook toegelaten worden tot dit leerjaar als je niet beschikt over een studiebewijs (A-, B- of C-attest) van het onderliggende leerjaar en  op voorwaarde dat de klassenraad jou toelaat. De klassenraad is ook bevoegd om te bepalen of een leerling cognitief sterk functionerend is.

 


Veranderen tijdens schooljaar

Veranderen van studierichting is mogelijk tot 15/01.

Voor uitzonderlijke gevallen kan de toelatingsklassenraad afwijken van deze datum.


Overzitten

Behaald attest in het 3e leerjaar SO:

 

A-attest

Je kan overzitten in een andere studierichting, rekening houdend met de toelatingsvoorwaarden.

B-attest

Overzitten in dezelfde of in een andere studierichting is enkel mogelijk na een gunstig advies van de klassenraad, behalve bij uitsluiting van minstens alle studierichtingen van 3 onderwijsvormen (aso, bso, tso, kso) of  alle studierichtingen van 2 finaliteiten. Dan is geen advies van de klassenraad nodig.

C-attest

Overzitten in hetzelfde leerjaar is verplicht.


Meer info: zie regelgeving SO

Attesten

  • Na het 1e leerjaar van de 2e graad (= 3 SO) kan je volgende oriënteringsattesten behalen:

    A-attest

    Als je geslaagd bent.

    B-attest 

    Als je geslaagd bent, maar in het volgend leerjaar bepaalde finaliteiten, onderwijsvormen of studierichtingen niet mag volgen.
    De school beslist welk beperkingen (= clausuleringen) ze jou oplegt. Zij deelt ook de reden mee waarom ze deze beslissing neemt.

    C-attest

    Als je niet geslaagd bent.

    Attest van regelmatige lesbijwoning

    Als de school werkt volgens ‘het systeem van uitstel van de delibererende klassenraad tot het einde van een graad’ (zie omzendbrief SO 64 10.1.2)
    Hiermee krijg je toelating tot 4 SO.

Wat na deze studierichting?

Na het 3e leerjaar volgen heel wat leerlingen een studierichting uit hetzelfde studiedomein.  
Deze studierichtingen zijn inhoudelijk aansluitend.

Je kan je studie ook verder zetten in een studierichting van een ander studiedomein.  Eventueel met een andere finaliteit.  Op voorwaarde dat je in orde bent met de toelatingsvoorwaarden.
Omdat niet alle overgangen vlot haalbaar zijn, wordt dit best individueel bekeken.
 

Interessante links

Buitengewoon onderwijs: FOD Sociale zekerheid voor personen met een handicap

Buitengewoon onderwijs: Gespecialiseerde trajectbepaling en -begeleiding

Buitengewoon onderwijs: Vlaams agentschap voor personen met een handicap

Buitengewoon onderwijs: Opzoeken dichtstbijzijnde school

Buitengewoon onderwijs: Brailleliga