Farmaceutische wetenschappen - Academische bachelor

 

Farmacie is de studie van de geneesmiddelen en dit naar structuur, fysisch-chemische eigenschappen, bereidingswijze, toedieningsvormen en werking. Het is in feite een combinatie van biologie, scheikunde en geneeskunde.


In het 1e bachelorjaar verwerf je naast algemene competenties (kritische informatieverwerving, rapportering, …) grondige wetenschappelijke competentie door vakken als wiskunde, fysica, chemie, biologie.


In het 2e jaar wordt de opgedane basiskennis gevat vanuit een farmaceutisch perspectief met vakken als medische biochemie, biofysica, fysiologie.


In het 3e bachelorjaar ligt het accent volledig op de farmaceutische kennis (farmaceutische biotechnologie, farmacologie, farmacotherapie …).


De bacheloropleiding is volledig gemeenschappelijk. Vanaf het 1e masterjaar moet worden gekozen tussen:



  • Farmaceutische zorg

  • Geneesmiddelenontwikkeling


Beide opleidingen leiden tot de titel van ‘apotheker’.


De Master in de farmaceutische zorg vormt je vooral tot een expert in de werking en het gebruik van geneesmiddelen. Het is een maatschappelijk gerichte opleiding die je voorbereidt op een functie in een openbare of een ziekenhuisapotheek. Hierbij staat de wisselwerking tussen geneesmiddel, patiënt en andere zorgverstrekkers centraal.


De Master in de geneesmiddelenontwikkeling is een meer exact-wetenschappelijke of industrie gerichte opleiding in farmaceutische technologie, analyse van geneesmiddelen, drug-design of moleculaire biologie. De master is gericht op een latere functie in het wetenschappelijk onderzoek of de farmaceutische industrie.


Voor wie?



  • Omdat de scheikundige disciplines een belangrijke basis vormen van de studie voor apotheker zowel in de bacheloropleiding (bv. algemene chemie) als in de masteropleiding (bv. medicinale chemie), is interesse en aanleg voor chemie, maar ook voor andere exacte wetenschappen, een belangrijke vereiste.

  • Je moet vaardig zijn en nauwkeurig kunnen werken. Besef dat het aantal uren dat je in een laboratorium doorbrengt een groot deel van je studietijd zal innemen.

  • Theoretisch is het vertrekpunt bij de aanvang van de apothekersstudie ‘nul’. Toch dient aangestipt dat de meeste docenten ervan uitgaan dat je reeds enige voorkennis hebt en dat een aantal begrippen je niet onbekend zijn (cfr. het overbruggingsonderwijs in september).

  • Een mogelijke hindernis is bovendien het hogere tempo waaraan de te studeren materie wordt aangeboden en het veel uitgebreider volume van de leerstof in vergelijking met het secundair onderwijs.

  • Als je voor het beroep van apotheker opteert, moet je beschikken over een aantal karakteristieken en eigenschappen, die de ‘all round’ apotheker sieren, zoals zin voor verantwoordelijkheid en precisie, interesse voor sociaal contact, organisatievermogen, creativiteit, interesse voor research en ook voor informatica.


De universiteiten organiseren voor kandidaat-studenten een starttoets. Deelname is verplicht en gratis. Je moet vooraf inschrijven.


Aanvullende info:

Vrije Universiteit Brussel - Health Campus

Universiteit Antwerpen - Stadscampus

KU Leuven

Universiteit Gent - Campus Gent


Studiepunten

180 (bachelor) + 120 (master)

Farmaceutische wetenschappen - Academische bachelor

Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK
Klik op de foto om te vergroten

Algemene info

Farmacie is de studie van de geneesmiddelen en dit naar structuur, fysisch-chemische eigenschappen, bereidingswijze, toedieningsvormen en werking. Het is in feite een combinatie van biologie, scheikunde en geneeskunde.


In het 1e bachelorjaar verwerf je naast algemene competenties (kritische informatieverwerving, rapportering, …) grondige wetenschappelijke competentie door vakken als wiskunde, fysica, chemie, biologie.


In het 2e jaar wordt de opgedane basiskennis gevat vanuit een farmaceutisch perspectief met vakken als medische biochemie, biofysica, fysiologie.


In het 3e bachelorjaar ligt het accent volledig op de farmaceutische kennis (farmaceutische biotechnologie, farmacologie, farmacotherapie …).


De bacheloropleiding is volledig gemeenschappelijk. Vanaf het 1e masterjaar moet worden gekozen tussen:



  • Farmaceutische zorg

  • Geneesmiddelenontwikkeling


Beide opleidingen leiden tot de titel van ‘apotheker’.


De Master in de farmaceutische zorg vormt je vooral tot een expert in de werking en het gebruik van geneesmiddelen. Het is een maatschappelijk gerichte opleiding die je voorbereidt op een functie in een openbare of een ziekenhuisapotheek. Hierbij staat de wisselwerking tussen geneesmiddel, patiënt en andere zorgverstrekkers centraal.


De Master in de geneesmiddelenontwikkeling is een meer exact-wetenschappelijke of industrie gerichte opleiding in farmaceutische technologie, analyse van geneesmiddelen, drug-design of moleculaire biologie. De master is gericht op een latere functie in het wetenschappelijk onderzoek of de farmaceutische industrie.


Voor wie?



  • Omdat de scheikundige disciplines een belangrijke basis vormen van de studie voor apotheker zowel in de bacheloropleiding (bv. algemene chemie) als in de masteropleiding (bv. medicinale chemie), is interesse en aanleg voor chemie, maar ook voor andere exacte wetenschappen, een belangrijke vereiste.

  • Je moet vaardig zijn en nauwkeurig kunnen werken. Besef dat het aantal uren dat je in een laboratorium doorbrengt een groot deel van je studietijd zal innemen.

  • Theoretisch is het vertrekpunt bij de aanvang van de apothekersstudie ‘nul’. Toch dient aangestipt dat de meeste docenten ervan uitgaan dat je reeds enige voorkennis hebt en dat een aantal begrippen je niet onbekend zijn (cfr. het overbruggingsonderwijs in september).

  • Een mogelijke hindernis is bovendien het hogere tempo waaraan de te studeren materie wordt aangeboden en het veel uitgebreider volume van de leerstof in vergelijking met het secundair onderwijs.

  • Als je voor het beroep van apotheker opteert, moet je beschikken over een aantal karakteristieken en eigenschappen, die de ‘all round’ apotheker sieren, zoals zin voor verantwoordelijkheid en precisie, interesse voor sociaal contact, organisatievermogen, creativiteit, interesse voor research en ook voor informatica.


De universiteiten organiseren voor kandidaat-studenten een starttoets. Deelname is verplicht en gratis. Je moet vooraf inschrijven.


Studiepunten

180 (bachelor) + 120 (master)


Instellingen:

Vrije Universiteit Brussel - Health Campus

Universiteit Antwerpen - Stadscampus

KU Leuven

Universiteit Gent - Campus Gent


Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)

    Uitzonderingen :
  • Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
  • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
  • Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier

Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!  

Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland

Met een Nederlands VWO-diploma  of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.

Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.

Situering

Opleiding: Farmaceutische wetenschappen 

Studieniveau: Academische bachelor - HO

Specificatie: Bachelor of Science

Studiegebied: Farmaceutische wetenschappen

Belangstellingsdomeinen: Exacte wetenschappen, Medische activiteiten,

Schoolvakken SO: Apotheek, Chemie, Wetenschappen,

Vervolgopleidingen


een masteropleiding

Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.

Masteropleidingen binnen dit studiegebied








een postgraduaat

Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor/master

Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.

Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.


een lerarenopleiding

Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.

Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Instellingen

Laarbeeklaan 103  1090 Jette

Prinsstraat 13  2000 Antwerpen

  
Oude Markt 13  3000 Leuven

Sint-Pietersnieuwstraat 33  9000 Gent

Beroepsuitwegen

Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.

De jobinvulling is sterk afhankelijk van waar de master in de Farmaceutische wetenschappen terechtkomt: in een apotheek, in een bedrijf, in het wetenschappelijk onderzoek, op een ministerie.
De apotheker in een officina is de eindverantwoordelijke in de geneesmiddelensector: hij levert de medicatie, geeft informatie en advies over het gebruik en volgt het verdere verloop van de behandeling op.
Omwille van de vestigingswetgeving zijn de kansen op een eigen apotheek eerder beperkt, hoewel er uiteraard tewerkstellingsmogelijkheden als apotheker in een apotheek blijven, maar dan in loondienst.
De apotheker in het wetenschappelijk onderzoek bestudeert oorzaken en gevolgen van velerlei aandoeningen en zoekt naar oplossingen.
De apotheker in de farmaceutische industrie doet onderzoek naar geneesmiddelen en is ook belast met toezicht op fabricage en kwaliteitscontrole.
Er zijn zo tal van tewerkstellingsmogelijkheden: coördinerende of onderzoeksfuncties in de farmaceutische industrie, voedingsnijverheid, scheikundige nijverheid, cosmetica, ziekenhuizen (apotheker of wetenschappelijk onderzoeker), overheid (Ministerie van Volkgezondheid of Leefmilieu), openbare diensten, wetenschappelijk onderzoek, onderwijs (mits lerarenopleiding), …

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn.
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Apotheker ( knelpuntberoep)
Onderzoeker exacte wetenschappen

Studierendement

Studierendement is iets anders dan slaagpercentage.
Toelichting vind je onder de tabel. We raden je aan om de cijfers rond het studierendement met een (leerling)begeleider of een CLB-medewerker te bespreken.
Vanaf schooljaar 2025-2026 zullen omwille van de modernisering van het SO de cijfers tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Vanaf 2027-2028 levert het departement onderwijs en vorming nieuwe cijfers aan.

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Chemie (TSO) 31 1,95 20,8 3 15 8 1 0 4
Economie-moderne talen (ASO) 54 0,20 26,2 12 19 10 1 7 5
Economie-wetenschappen (ASO) 139 3,40 60,1 9 27 15 43 41 4
Economie-wiskunde (ASO) 31 0,47 69,4 3 1 5 5 13 4
Farmaceutisch-technisch assistent (TSO) 48 6,36 17,1 14 16 7 2 1 8
Grieks-wiskunde (ASO) 44 2,70 79,1 0 1 9 8 24 2
Humane wetenschappen (ASO) 52 0,19 25,7 15 13 12 4 2 6
Latijn-wetenschappen (ASO) 398 6,78 68,0 13 44 61 100 170 10
Latijn-wiskunde (ASO) 403 3,68 77,9 9 25 38 96 224 11
Moderne talen-wetenschappen (ASO) 391 4,01 49,1 34 94 77 94 80 12
Sociale en technische wetenschappen (TSO) 46 0,18 11,5 12 19 3 0 1 11
Sportwetenschappen (ASO) 48 1,34 40,8 5 18 7 8 7 3
Techniek-wetenschappen (TSO) 96 2,05 41,0 11 29 16 16 14 10
Wetenschappen-wiskunde (ASO) 1991 4,72 71,0 90 195 268 426 944 68

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 10-09-2024

Farmaceutische wetenschappen - Academische bachelor

Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK Foto OK
Klik op de foto om te vergroten

Algemene info

Farmacie is de studie van de geneesmiddelen en dit naar structuur, fysisch-chemische eigenschappen, bereidingswijze, toedieningsvormen en werking. Het is in feite een combinatie van biologie, scheikunde en geneeskunde.


In het 1e bachelorjaar verwerf je naast algemene competenties (kritische informatieverwerving, rapportering, …) grondige wetenschappelijke competentie door vakken als wiskunde, fysica, chemie, biologie.


In het 2e jaar wordt de opgedane basiskennis gevat vanuit een farmaceutisch perspectief met vakken als medische biochemie, biofysica, fysiologie.


In het 3e bachelorjaar ligt het accent volledig op de farmaceutische kennis (farmaceutische biotechnologie, farmacologie, farmacotherapie …).


De bacheloropleiding is volledig gemeenschappelijk. Vanaf het 1e masterjaar moet worden gekozen tussen:



  • Farmaceutische zorg

  • Geneesmiddelenontwikkeling


Beide opleidingen leiden tot de titel van ‘apotheker’.


De Master in de farmaceutische zorg vormt je vooral tot een expert in de werking en het gebruik van geneesmiddelen. Het is een maatschappelijk gerichte opleiding die je voorbereidt op een functie in een openbare of een ziekenhuisapotheek. Hierbij staat de wisselwerking tussen geneesmiddel, patiënt en andere zorgverstrekkers centraal.


De Master in de geneesmiddelenontwikkeling is een meer exact-wetenschappelijke of industrie gerichte opleiding in farmaceutische technologie, analyse van geneesmiddelen, drug-design of moleculaire biologie. De master is gericht op een latere functie in het wetenschappelijk onderzoek of de farmaceutische industrie.


Voor wie?



  • Omdat de scheikundige disciplines een belangrijke basis vormen van de studie voor apotheker zowel in de bacheloropleiding (bv. algemene chemie) als in de masteropleiding (bv. medicinale chemie), is interesse en aanleg voor chemie, maar ook voor andere exacte wetenschappen, een belangrijke vereiste.

  • Je moet vaardig zijn en nauwkeurig kunnen werken. Besef dat het aantal uren dat je in een laboratorium doorbrengt een groot deel van je studietijd zal innemen.

  • Theoretisch is het vertrekpunt bij de aanvang van de apothekersstudie ‘nul’. Toch dient aangestipt dat de meeste docenten ervan uitgaan dat je reeds enige voorkennis hebt en dat een aantal begrippen je niet onbekend zijn (cfr. het overbruggingsonderwijs in september).

  • Een mogelijke hindernis is bovendien het hogere tempo waaraan de te studeren materie wordt aangeboden en het veel uitgebreider volume van de leerstof in vergelijking met het secundair onderwijs.

  • Als je voor het beroep van apotheker opteert, moet je beschikken over een aantal karakteristieken en eigenschappen, die de ‘all round’ apotheker sieren, zoals zin voor verantwoordelijkheid en precisie, interesse voor sociaal contact, organisatievermogen, creativiteit, interesse voor research en ook voor informatica.


De universiteiten organiseren voor kandidaat-studenten een starttoets. Deelname is verplicht en gratis. Je moet vooraf inschrijven.


Studiepunten

180 (bachelor) + 120 (master)


Instellingen:

Vrije Universiteit Brussel - Health Campus

Universiteit Antwerpen - Stadscampus

KU Leuven

Universiteit Gent - Campus Gent


Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)

    Uitzonderingen :
  • Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
  • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
  • Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier

Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!  

Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland

Met een Nederlands VWO-diploma  of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.

Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.

Situering

Opleiding: Farmaceutische wetenschappen 

Studieniveau: Academische bachelor - HO

Specificatie: Bachelor of Science

Studiegebied: Farmaceutische wetenschappen

Belangstellingsdomeinen: Exacte wetenschappen, Medische activiteiten,

Schoolvakken SO: Apotheek, Chemie, Wetenschappen,

Vervolgopleidingen


een masteropleiding

Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.

Masteropleidingen binnen dit studiegebied








een postgraduaat

Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor/master

Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.

Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.


een lerarenopleiding

Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.

Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Instellingen

Laarbeeklaan 103  1090 Jette

Prinsstraat 13  2000 Antwerpen

  
Oude Markt 13  3000 Leuven

Sint-Pietersnieuwstraat 33  9000 Gent

Beroepsuitwegen

Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.

De jobinvulling is sterk afhankelijk van waar de master in de Farmaceutische wetenschappen terechtkomt: in een apotheek, in een bedrijf, in het wetenschappelijk onderzoek, op een ministerie.
De apotheker in een officina is de eindverantwoordelijke in de geneesmiddelensector: hij levert de medicatie, geeft informatie en advies over het gebruik en volgt het verdere verloop van de behandeling op.
Omwille van de vestigingswetgeving zijn de kansen op een eigen apotheek eerder beperkt, hoewel er uiteraard tewerkstellingsmogelijkheden als apotheker in een apotheek blijven, maar dan in loondienst.
De apotheker in het wetenschappelijk onderzoek bestudeert oorzaken en gevolgen van velerlei aandoeningen en zoekt naar oplossingen.
De apotheker in de farmaceutische industrie doet onderzoek naar geneesmiddelen en is ook belast met toezicht op fabricage en kwaliteitscontrole.
Er zijn zo tal van tewerkstellingsmogelijkheden: coördinerende of onderzoeksfuncties in de farmaceutische industrie, voedingsnijverheid, scheikundige nijverheid, cosmetica, ziekenhuizen (apotheker of wetenschappelijk onderzoeker), overheid (Ministerie van Volkgezondheid of Leefmilieu), openbare diensten, wetenschappelijk onderzoek, onderwijs (mits lerarenopleiding), …

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn.
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Apotheker ( knelpuntberoep)
Onderzoeker exacte wetenschappen

Studierendement

Studierendement is iets anders dan slaagpercentage.
Toelichting vind je onder de tabel. We raden je aan om de cijfers rond het studierendement met een (leerling)begeleider of een CLB-medewerker te bespreken.
Vanaf schooljaar 2025-2026 zullen omwille van de modernisering van het SO de cijfers tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Vanaf 2027-2028 levert het departement onderwijs en vorming nieuwe cijfers aan.

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Chemie (TSO) 31 1,95 20,8 3 15 8 1 0 4
Economie-moderne talen (ASO) 54 0,20 26,2 12 19 10 1 7 5
Economie-wetenschappen (ASO) 139 3,40 60,1 9 27 15 43 41 4
Economie-wiskunde (ASO) 31 0,47 69,4 3 1 5 5 13 4
Farmaceutisch-technisch assistent (TSO) 48 6,36 17,1 14 16 7 2 1 8
Grieks-wiskunde (ASO) 44 2,70 79,1 0 1 9 8 24 2
Humane wetenschappen (ASO) 52 0,19 25,7 15 13 12 4 2 6
Latijn-wetenschappen (ASO) 398 6,78 68,0 13 44 61 100 170 10
Latijn-wiskunde (ASO) 403 3,68 77,9 9 25 38 96 224 11
Moderne talen-wetenschappen (ASO) 391 4,01 49,1 34 94 77 94 80 12
Sociale en technische wetenschappen (TSO) 46 0,18 11,5 12 19 3 0 1 11
Sportwetenschappen (ASO) 48 1,34 40,8 5 18 7 8 7 3
Techniek-wetenschappen (TSO) 96 2,05 41,0 11 29 16 16 14 10
Wetenschappen-wiskunde (ASO) 1991 4,72 71,0 90 195 268 426 944 68

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 10-09-2024