Hoe kan je je inschrijven in het buitengewoon secundair onderwijs?

Je hebt (behalve voor type 5, opleidingsvorm 4) een IAC-verslag* (in OV1, OV2 en OV3) of een OV4-verslag* (in OV4) van het CLB, nodig om je toe te laten in te schrijven in het buitengewoon secundair onderwijs.

Het verslag van het CLB bestaat uit een attest en een protocol. 

Hier vind je onder meer terug welke elementen in het verslag opgenomen moeten worden.

  • Het verslag wordt aan je ouders bezorgd.
  • Als je ingeschreven bent in een school voor Buitengewoon Secundair Onderwijs, bekrachtigt het verslag de inschrijving.
  • Het verslag wordt toegevoegd aan het leerlingendossier op school.
  • Als je de school voor buitengewoon onderwijs weer verlaat, bezorgt de directeur van de school het verslag terug aan de ouders.

Om een verslag op te maken moet het CLB een handelingsgericht diagnostisch traject doorlopen.

Als het handelingsgericht diagnostisch traject werd doorlopen, maar het verslag nog niet werd afgewerkt, kan je ook met een ‘voorlopig document voor inschrijving’ inschrijven.

Op die manier weet de BuSO-school dat je een verslag van CLB zal krijgen. Het verslag moet er zijn ten laatste wanneer je de lessen begint te volgen op de nieuwe school.

Je kan enkel buitengewoon secundair onderwijs volgen van de opleidingsvorm en het type waarnaar het verslag je oriënteert. 

 

* Als je een verslag in basisonderwijs of een verslag in secundair onderwijs voor OV1, OV2 of OV3 kreeg, dat werd opgemaakt voor 01-09-2023, word je ook beschouwd als een leerling met een IAC-verslag.

** Als je een verslag in secundair onderwijs voor OV4 kreeg, dat werd opgemaakt voor 01-09-2023, word je ook beschouwd als een leerling met een OV4-verslag.