Buitengewoon lager onderwijs type 6

Beschrijving
 

Dit is onderwijs voor kinderen met een visuele beperking.

Dit zijn kinderen bij wie een gezichtsstoornis werd vastgesteld die beantwoordt aan volgende criteria: 

  • Je ziet minder dan 3/10 voor het beste oog, je hebt een betekenisvolle uitval in het gezichtsveld
  • Of er is objectief een ander visueel probleem met een duidelijke invloed op het schoolse functioneren

Aan blinde kinderen wordt het brailleschrift geleerd. Dit blijft nodig bij het verder studeren in het gewoon of buitengewoon en eventueel hoger onderwijs.
Slechtzienden leren door intensieve training hun resterende gezichtsvermogen beter te gebruiken.
Hun oriëntatievermogen wordt aangeleerd of gestimuleerd.
Ze leren zich uit de slag te trekken en kunnen met speciale hulpmiddelen vaak het gewone leerprogramma aan.

 
Wie wordt toegelaten tot "Buitengewoon lager onderwijs type 6" ?
 

Voor elke toelating is een verslag vereist. Enkel de Centra voor Leerlingenbegeleiding zijn bevoegd om dit verslag op te maken. Bij inschrijving in een school voor buitengewoon onderwijs moet de leerling het verslag nog niet hebben. Een voorlopig CLB-document volstaat. Het moet er wel zijn ten laatste bij de start van de lesbijwoning.
Het verslag bestaat uit 2 delen:

  • het attest: 
    Dit attest vermeldt naast een aantal identificatiegegevens zeker het type van het buitengewoon onderwijs en de ingangsdatum van het attest.
    Dit attest wordt aan de ouders bezorgd.
    Zij hebben dit nodig om hun kind te laten inschrijven.
     
  • het protocol ter verantwoording: 
    Het protocol bundelt (alle) relevante documenten waardoor de oriëntering van de leerling, naar het meest aangewezen type, gemotiveerd en verantwoord wordt.
    Het protocol bevat documenten zoals testresultaten, medische verslagen, verslagen van klassenraden, observatiedocumenten ....

Leeftijdsvoorwaarden:
een leerling moet zes jaar zijn vóór 1 januari van het lopende schooljaar.
In principe duurt het BuLO zeven jaar (= tot en met het schooljaar dat aanvangt op de eerste september van het jaar waarin het kind twaalf jaar wordt).
Afwijkingen:

  • Een kind dat vijf jaar wordt vóór 1 januari van het lopende schooljaar kan al in het BuLO ingeschreven worden. Het wordt dan automatisch leerplichtig.
    De ouders nemen deze beslissing autonoom na kennisname van en toelichting bij de omstandig gemotiveerde adviezen van de klassenraad en van het CLB.
  • Een kind mag in het BuLO blijven tijdens het schooljaar dat aanvangt in het jaar waarin het dertien jaar wordt.
    Het BuLO kan daarna nog met één schooljaar verlengd worden.

De BO-school mag geen andere bijkomende toelatingsvoorwaarden opleggen.
Het kan niet dat de BO-school: naast een inschrijving in de school een inschrijving in het aan de school verbonden internaat of semi-internaat eist; een bepaald minimum IQ eist of een bepaalde graad van zelfredzaamheid oplegt.

 
Wat kan je behalen - Wat na "Buitengewoon lager onderwijs type 6" ?
 

Wanneer de klassenraad het gevolgde onderwijs als gelijkwaardig* beschouwt met de leerdoelen van het gewoon lager onderwijs, kan je een getuigschrift basisonderwijs behalen.
Dit is volledig gelijkwaardig aan een getuigschrift behaald in het gewoon basisonderwijs.

*Dat kan, als de leerdoelen van het gevolgde handelingsplan gelijkwaardig zijn aan deze van het gewoon lager onderwijs. Een handelingsplan bevat de ontwikkelingsdoelen die nagestreefd worden op basis van de onderwijs- en opvoedingsbehoeften van deze leerling(en).

 

Deze informatie komt van de website www.onderwijskiezer.be.
Heb je nog vragen, maak dan gebruik van het vragenformulier op de website.