Toegepaste economische wetenschappen: bedrijfskunde - Academische bachelor
Toegepaste economische wetenschappen omvat de studie van de economie met de praktische toepassingen ervan in het beleid, de organisatie van industriële ondernemingen, handelsondernemingen, diensten, openbare besturen en instellingen. Men spreekt vaak van bedrijfseconomie. De opleiding bestudeert oplossingen voor vraagstukken in verband met productie, verkoop, distributie, financiering, boekhouding, personeelsbeheer en andere concrete vragen in verband met bedrijfsbeleid.
In het eerste bachelorjaar maak je kennis met de basisbeginselen van economie en bedrijfskunde. In het tweede en derde jaar breid je deze basis uit met managementgerichte opleidings-onderdelen zoals personeelsbeleid, financieel management en marketing. Verbredende studiedomeinen zoals sociologie, recht en psychologie helpen je je blik te verruimen.
Om bedrijfsproblemen te analyseren heb je inzicht in kwantitatieve methoden nodig. Je leert daarom hoe je wiskunde en statistiek kan toepassen in economische en bedrijfseconomische situaties.
In het eerste jaar kies je 2 vreemde talen uit het aanbod Frans, Engels, Duits en Spaans. In het tweede jaar kies je opnieuw:
- je verdiept je verder in de 2 talen die je gekozen hebt;
- of je neemt er nog een derde vreemde taal bij.
Vanaf het derde jaar kan je je specialiseren in een bedrijfskundig domein.
Voor wie?
- Omdat je inzicht zult moeten verwerven in wiskundige begrippen en technieken en hun toepassingen in de economie en het bedrijfsleven, is een vooropleiding van vier uur wiskunde per week aangeraden.
- Een vooropleiding economie is niet vereist aangezien de economische basisbegrippen in de eerste fase van de bacheloropleiding behandeld worden.
- Daarnaast bouwt de opleiding verder op je kennis van het Frans en het Engels uit het secundair onderwijs.
- Van Duits en Spaans heb je geen voorkennis nodig.
De universiteiten organiseren voor kandidaat-studenten een starttoets. Deelname is niet verplicht en gratis. Als je wil deelnemen moet je je vooraf inschrijven.
Studiepunten
180 (bachelor) + 60 (master)
Toegepaste economische wetenschappen: bedrijfskunde - Academische bachelor |
Algemene info
Toegepaste economische wetenschappen omvat de studie van de economie met de praktische toepassingen ervan in het beleid, de organisatie van industriële ondernemingen, handelsondernemingen, diensten, openbare besturen en instellingen. Men spreekt vaak van bedrijfseconomie. De opleiding bestudeert oplossingen voor vraagstukken in verband met productie, verkoop, distributie, financiering, boekhouding, personeelsbeheer en andere concrete vragen in verband met bedrijfsbeleid.
In het eerste bachelorjaar maak je kennis met de basisbeginselen van economie en bedrijfskunde. In het tweede en derde jaar breid je deze basis uit met managementgerichte opleidings-onderdelen zoals personeelsbeleid, financieel management en marketing. Verbredende studiedomeinen zoals sociologie, recht en psychologie helpen je je blik te verruimen.
Om bedrijfsproblemen te analyseren heb je inzicht in kwantitatieve methoden nodig. Je leert daarom hoe je wiskunde en statistiek kan toepassen in economische en bedrijfseconomische situaties.
In het eerste jaar kies je 2 vreemde talen uit het aanbod Frans, Engels, Duits en Spaans. In het tweede jaar kies je opnieuw:
- je verdiept je verder in de 2 talen die je gekozen hebt;
- of je neemt er nog een derde vreemde taal bij.
Vanaf het derde jaar kan je je specialiseren in een bedrijfskundig domein.
Voor wie?
- Omdat je inzicht zult moeten verwerven in wiskundige begrippen en technieken en hun toepassingen in de economie en het bedrijfsleven, is een vooropleiding van vier uur wiskunde per week aangeraden.
- Een vooropleiding economie is niet vereist aangezien de economische basisbegrippen in de eerste fase van de bacheloropleiding behandeld worden.
- Daarnaast bouwt de opleiding verder op je kennis van het Frans en het Engels uit het secundair onderwijs.
- Van Duits en Spaans heb je geen voorkennis nodig.
De universiteiten organiseren voor kandidaat-studenten een starttoets. Deelname is niet verplicht en gratis. Als je wil deelnemen moet je je vooraf inschrijven.
Studiepunten
180 (bachelor) + 60 (master)
Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):
Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.
Accountancy |
Actuele thema's |
Beleidsinformatica |
Financiering |
International business |
Marketing |
Strategie en organisatie |
Transport en logistiek |
TOELATINGSVOORWAARDEN
Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:
- een diploma van secundair onderwijs;
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
- een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)
Uitzonderingen : - Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
- Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
- Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier.
Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!
Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland
Met een Nederlands VWO-diploma of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.
Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.
Situering
Opleiding: Toegepaste economische wetenschappen: bedrijfskunde
Studieniveau: Academische bachelor - HO
Specificatie: Bachelor of Science
Studiegebied: Economische en Toegepaste economische wetenschappen
Belangstellingsdomeinen: Handel-zaken, Overtuigen-besturen, Wiskunde-cijferwerk,
Schoolvakken SO: Economie, Toegepaste economie, Wiskunde,
Vervolgopleidingen
een masteropleiding
Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.
Masteropleidingen binnen dit studiegebied
een postgraduaat
Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.
een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)
Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba
een verkorte bachelor/master
Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt
dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig
bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.
Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.
een lerarenopleiding
Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.
Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.
na- of bijscholingen
Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.
Beroepsuitwegen
Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.
We vinden afgestudeerden terug in functies binnen ondernemingen en socialprofitorganisaties.
De meeste afgestudeerden starten hun loopbaan in het verlengde van de gekozen specialisatie in de masteropleiding: in accounting, marketing of financiën.
Na enkele jaren zien we dit evenwel verschuiven.
Een aantal afgestudeerden krijgt stilaan grotere verantwoordelijkheden binnen het oorspronkelijke domein en wordt bijvoorbeeld marketing manager of financieel directeur.
Anderen bouwen daarentegen hun loopbaan verder uit binnen een ander domein of groeien door naar algemene managementfuncties.
De brede oriëntatie van de bacheloropleiding vergemakkelijkt dergelijk loopbaanverloop in belangrijke mate. Een aantal afgestudeerden kiest ook voor wat een economisch beroep wordt genoemd: accountant, bedrijfsconsulent, fiscaal adviseur, bedrijfsrevisor.
Het einddiploma biedt, vanuit de brede vorming, een zeer ruime waaier aan jobmogelijkheden in het bedrijfsleven, de overheid, de financiële sector, het onderwijs (wetenschappelijk onderzoek, beleidsgericht studiewerk, onderwijs) en in het wetenschappelijk onderzoek.
De meeste afgestudeerden uit de Toegepaste economische wetenschappen komen terecht in het bedrijfsleven.
We treffen ze aan in alle mogelijke functies.
Heel wat afgestudeerden kiezen ook voor economische beroepen.
Deze beroepen kan men uitoefenen als werknemer maar ook als zelfstandige.
Verder vinden we ook TEW-afgestudeerden in banken, verzekeringsondernemingen, overheids- en semioverheidsdiensten.
Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer.
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn.
Klik op een beroep voor meer informatie.
Mogelijke beroepen
Accountmanager in de financiële sector
Administratief en financieel verantwoordelijke
Adviseur bedrijfsorganisatie en management
Adviseur kredieten
( knelpuntberoep)
Data scientist
Ontwikkelaar financi�le producten
Ontwikkelaar verzekeringsproducten
Verantwoordelijke boekhouding
Verantwoordelijke boekhoudkundige en financi�le audit en controle
( knelpuntberoep)
Verantwoordelijke budgetbeheer
Studierendement
Studierendement is iets anders dan slaagpercentage.
Toelichting vind je onder de tabel. We raden je aan om de cijfers rond het studierendement met een (leerling)begeleider of een CLB-medewerker te bespreken.
Vanaf schooljaar 2025-2026 zullen omwille van de modernisering van het SO de cijfers tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Vanaf 2027-2028 levert het departement onderwijs en vorming nieuwe cijfers aan.
Studierichting 3e graad SO | Aantal studenten | Participatie- graad |
Gemiddeld SR |
SR 0% |
SR 1-24% |
SR 25-49% |
SR 50-84% |
SR 85-100% |
SR nvt |
Economie-moderne talen (ASO) | 388 | 1,44 | 37,9 | 71 | 78 | 92 | 88 | 40 | 19 |
Economie-wetenschappen (ASO) | 67 | 1,64 | 52,1 | 5 | 7 | 17 | 27 | 10 | 1 |
Economie-wiskunde (ASO) | 353 | 5,39 | 64,3 | 27 | 29 | 54 | 101 | 137 | 5 |
Handel (TSO) | 36 | 0,28 | 14,0 | 16 | 8 | 2 | 1 | 2 | 7 |
Humane wetenschappen (ASO) | 39 | 0,14 | 28,1 | 12 | 6 | 13 | 5 | 2 | 1 |
Latijn-wetenschappen (ASO) | 45 | 0,77 | 64,0 | 2 | 6 | 5 | 16 | 16 | 0 |
Latijn-wiskunde (ASO) | 47 | 0,43 | 74,2 | 1 | 2 | 5 | 16 | 22 | 1 |
Moderne talen-wetenschappen (ASO) | 57 | 0,58 | 43,7 | 4 | 13 | 16 | 17 | 5 | 2 |
Wetenschappen-wiskunde (ASO) | 139 | 0,33 | 58,4 | 17 | 12 | 21 | 35 | 48 | 6 |
Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.
Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het
studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het
hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van
het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten
(waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%,
50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student
zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% =
de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten
waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze
secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.
Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:
- ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
- VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
- met een DIPLOMACONTRACT,
- aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.
Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich
inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire
studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.
Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire
studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer
tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.
bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming
Gegevens bijgewerkt tot 20-03-2023 |
Toegepaste economische wetenschappen: bedrijfskunde - Academische bachelor |
Algemene info
Toegepaste economische wetenschappen omvat de studie van de economie met de praktische toepassingen ervan in het beleid, de organisatie van industriële ondernemingen, handelsondernemingen, diensten, openbare besturen en instellingen. Men spreekt vaak van bedrijfseconomie. De opleiding bestudeert oplossingen voor vraagstukken in verband met productie, verkoop, distributie, financiering, boekhouding, personeelsbeheer en andere concrete vragen in verband met bedrijfsbeleid.
In het eerste bachelorjaar maak je kennis met de basisbeginselen van economie en bedrijfskunde. In het tweede en derde jaar breid je deze basis uit met managementgerichte opleidings-onderdelen zoals personeelsbeleid, financieel management en marketing. Verbredende studiedomeinen zoals sociologie, recht en psychologie helpen je je blik te verruimen.
Om bedrijfsproblemen te analyseren heb je inzicht in kwantitatieve methoden nodig. Je leert daarom hoe je wiskunde en statistiek kan toepassen in economische en bedrijfseconomische situaties.
In het eerste jaar kies je 2 vreemde talen uit het aanbod Frans, Engels, Duits en Spaans. In het tweede jaar kies je opnieuw:
- je verdiept je verder in de 2 talen die je gekozen hebt;
- of je neemt er nog een derde vreemde taal bij.
Vanaf het derde jaar kan je je specialiseren in een bedrijfskundig domein.
Voor wie?
- Omdat je inzicht zult moeten verwerven in wiskundige begrippen en technieken en hun toepassingen in de economie en het bedrijfsleven, is een vooropleiding van vier uur wiskunde per week aangeraden.
- Een vooropleiding economie is niet vereist aangezien de economische basisbegrippen in de eerste fase van de bacheloropleiding behandeld worden.
- Daarnaast bouwt de opleiding verder op je kennis van het Frans en het Engels uit het secundair onderwijs.
- Van Duits en Spaans heb je geen voorkennis nodig.
De universiteiten organiseren voor kandidaat-studenten een starttoets. Deelname is niet verplicht en gratis. Als je wil deelnemen moet je je vooraf inschrijven.
Studiepunten
180 (bachelor) + 60 (master)
Instellingen die de opleiding organiseren met keuzetraject(en):
Onderwijskiezer ziet een keuzetraject als een essentieel deel van de opleiding, dat mede de eigenheid van die opleiding bepaalt. De onderwijsinstellingen gebruiken verschillende benamingen en /of criteria om een keuzetraject aan te duiden. Daarom kiezen we er voor om een vak of een pakket van vakken als keuzetraject te benoemen als dit minstens 6 studiepunten omvat.
Accountancy |
Actuele thema's |
Beleidsinformatica |
Financiering |
International business |
Marketing |
Strategie en organisatie |
Transport en logistiek |
TOELATINGSVOORWAARDEN
Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:
- een diploma van secundair onderwijs;
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
- een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
- een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)
Uitzonderingen : - Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
- Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
- Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier.
Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!
Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland
Met een Nederlands VWO-diploma of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.
Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.
Situering
Opleiding: Toegepaste economische wetenschappen: bedrijfskunde
Studieniveau: Academische bachelor - HO
Specificatie: Bachelor of Science
Studiegebied: Economische en Toegepaste economische wetenschappen
Belangstellingsdomeinen: Handel-zaken, Overtuigen-besturen, Wiskunde-cijferwerk,
Schoolvakken SO: Economie, Toegepaste economie, Wiskunde,
Vervolgopleidingen
een masteropleiding
Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.
Masteropleidingen binnen dit studiegebied
een postgraduaat
Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.
een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)
Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba
een verkorte bachelor/master
Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt
dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig
bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.
Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.
een lerarenopleiding
Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.
Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.
na- of bijscholingen
Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.
Beroepsuitwegen
Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.
We vinden afgestudeerden terug in functies binnen ondernemingen en socialprofitorganisaties.
De meeste afgestudeerden starten hun loopbaan in het verlengde van de gekozen specialisatie in de masteropleiding: in accounting, marketing of financiën.
Na enkele jaren zien we dit evenwel verschuiven.
Een aantal afgestudeerden krijgt stilaan grotere verantwoordelijkheden binnen het oorspronkelijke domein en wordt bijvoorbeeld marketing manager of financieel directeur.
Anderen bouwen daarentegen hun loopbaan verder uit binnen een ander domein of groeien door naar algemene managementfuncties.
De brede oriëntatie van de bacheloropleiding vergemakkelijkt dergelijk loopbaanverloop in belangrijke mate. Een aantal afgestudeerden kiest ook voor wat een economisch beroep wordt genoemd: accountant, bedrijfsconsulent, fiscaal adviseur, bedrijfsrevisor.
Het einddiploma biedt, vanuit de brede vorming, een zeer ruime waaier aan jobmogelijkheden in het bedrijfsleven, de overheid, de financiële sector, het onderwijs (wetenschappelijk onderzoek, beleidsgericht studiewerk, onderwijs) en in het wetenschappelijk onderzoek.
De meeste afgestudeerden uit de Toegepaste economische wetenschappen komen terecht in het bedrijfsleven.
We treffen ze aan in alle mogelijke functies.
Heel wat afgestudeerden kiezen ook voor economische beroepen.
Deze beroepen kan men uitoefenen als werknemer maar ook als zelfstandige.
Verder vinden we ook TEW-afgestudeerden in banken, verzekeringsondernemingen, overheids- en semioverheidsdiensten.
Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer.
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn.
Klik op een beroep voor meer informatie.
Mogelijke beroepen
Accountmanager in de financiële sector
Administratief en financieel verantwoordelijke
Adviseur bedrijfsorganisatie en management
Adviseur kredieten
( knelpuntberoep)
Data scientist
Ontwikkelaar financi�le producten
Ontwikkelaar verzekeringsproducten
Verantwoordelijke boekhouding
Verantwoordelijke boekhoudkundige en financi�le audit en controle
( knelpuntberoep)
Verantwoordelijke budgetbeheer
Studierendement
Studierendement is iets anders dan slaagpercentage.
Toelichting vind je onder de tabel. We raden je aan om de cijfers rond het studierendement met een (leerling)begeleider of een CLB-medewerker te bespreken.
Vanaf schooljaar 2025-2026 zullen omwille van de modernisering van het SO de cijfers tijdelijk niet beschikbaar zijn.
Vanaf 2027-2028 levert het departement onderwijs en vorming nieuwe cijfers aan.
Studierichting 3e graad SO | Aantal studenten | Participatie- graad |
Gemiddeld SR |
SR 0% |
SR 1-24% |
SR 25-49% |
SR 50-84% |
SR 85-100% |
SR nvt |
Economie-moderne talen (ASO) | 388 | 1,44 | 37,9 | 71 | 78 | 92 | 88 | 40 | 19 |
Economie-wetenschappen (ASO) | 67 | 1,64 | 52,1 | 5 | 7 | 17 | 27 | 10 | 1 |
Economie-wiskunde (ASO) | 353 | 5,39 | 64,3 | 27 | 29 | 54 | 101 | 137 | 5 |
Handel (TSO) | 36 | 0,28 | 14,0 | 16 | 8 | 2 | 1 | 2 | 7 |
Humane wetenschappen (ASO) | 39 | 0,14 | 28,1 | 12 | 6 | 13 | 5 | 2 | 1 |
Latijn-wetenschappen (ASO) | 45 | 0,77 | 64,0 | 2 | 6 | 5 | 16 | 16 | 0 |
Latijn-wiskunde (ASO) | 47 | 0,43 | 74,2 | 1 | 2 | 5 | 16 | 22 | 1 |
Moderne talen-wetenschappen (ASO) | 57 | 0,58 | 43,7 | 4 | 13 | 16 | 17 | 5 | 2 |
Wetenschappen-wiskunde (ASO) | 139 | 0,33 | 58,4 | 17 | 12 | 21 | 35 | 48 | 6 |
Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.
Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het
studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het
hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van
het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten
(waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%,
50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student
zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% =
de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten
waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze
secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.
Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:
- ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
- VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
- met een DIPLOMACONTRACT,
- aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.
Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich
inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire
studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.
Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire
studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer
tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.
bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming
Gegevens bijgewerkt tot 20-03-2023 |