Muziek : Jazz - Academische bachelor

 

Binnen de opleiding worden musici met zeer uiteenlopende profielen gevormd. De meerderheid studeert een instrument of zang om te spelen in een orkest, in kamermuziekverband of als solist. Sommige studenten kiezen voor een theoretische opleiding en leggen zich toe op schriftuur, compositie of directie.


Naast het individuele onderricht voor de hoofddiscipline zijn er ondersteuningsvakken: notenleer, kamermuziek, harmonie, muziek- en cultuurgeschiedenis, filosofie … Het samen musiceren in koor of orkest is daarnaast voor elke student een verrijkende ervaring. Grosso modo kan men stellen dat er accent wordt gelegd op een 3-tal vakgebieden:



  • instrumentale en vocale vorming: instrument, zang, orkest, kamermuziek, kamerkoor, repertoire voor pianisten;

  • algemene muzikale vorming: muziekleer, muziekschriftuur, analyse, praktische harmonie en improvisatie;

  • algemene cultuur: muziekgeschiedenis, culturele stromingen, literatuurstudie, sociologie en filosofie van de muziek, concertpraktijk.


Daarnaast wordt geopteerd voor samenwerking met diverse kunstopleidingen en professionele organisaties uit binnen- en buitenland.


Naarmate de opleiding vordert, kunnen studenten kiezen uit keuzevakken en seminaries, wat hen de mogelijkheid biedt zich stilaan persoonlijker te profileren.


Alle hogescholen beklemtonen dat een artistieke opleiding een intense betrokkenheid vanwege student vergt en de nodige wilskracht om dagelijks met muziek bezig te zijn. Het aantal contacturen is dan ook eerder beperkt in de bacheloropleiding. In de masteropleiding wordt nog meer een beroep gedaan op de zelfwerkzaamheid van de student.


Uitgaande van de jazzmuziek wordt een basis gelegd o.a. op het gebied van repertoirekennis, improvisatie, stijlkennis, instrumentbeheersing en samenspel. De opleiding beoogt een vervolmaking in de verschillende jazzinstrumenten en jazz-zang. Een persoonlijke stijlontwikkeling wordt gestimuleerd, zowel individueel als collectief. Opleidingsonderdelen zijn jazzgeschiedenis, jazzharmonie, combo, arrangement, improvisatie.


Na het behalen van de titel 'Master in de muziek' is het mogelijk om zich verder te specialiseren in: Orkest - Concertsolist Instrument - Concertsolist Zang - Compositie - Begeleiding - Kamermuziek. Het aantal contacturen is vrij beperkt en er wordt een grote mate van zelfwerkzaamheid van de student verwacht.


Het Orpheus Instituut biedt posthogeschoolvorming voor professionele musici aan die werken aan een individueel studiecurriculum onder begeleiding van een vooraanstaand promotor. De studie bevindt zich op het kruispunt tussen muzikale praxis en onderzoek, en leidt tot de titel van Laureaat van het Orpheus Instituut.


Aanvullende info:

Erasmushogeschool Brussel - Campus Koninklijk Conservatorium Brussel

AP Hogeschool Antwerpen - Campus De Singel (Koninklijk Conservatorium Antwerpen)

LUCA School of Arts - Campus Lemmens


Studiepunten

180 (bachelor) + 120 (master)

Muziek : Jazz - Academische bachelor

Algemene info

Binnen de opleiding worden musici met zeer uiteenlopende profielen gevormd. De meerderheid studeert een instrument of zang om te spelen in een orkest, in kamermuziekverband of als solist. Sommige studenten kiezen voor een theoretische opleiding en leggen zich toe op schriftuur, compositie of directie.


Naast het individuele onderricht voor de hoofddiscipline zijn er ondersteuningsvakken: notenleer, kamermuziek, harmonie, muziek- en cultuurgeschiedenis, filosofie … Het samen musiceren in koor of orkest is daarnaast voor elke student een verrijkende ervaring. Grosso modo kan men stellen dat er accent wordt gelegd op een 3-tal vakgebieden:



  • instrumentale en vocale vorming: instrument, zang, orkest, kamermuziek, kamerkoor, repertoire voor pianisten;

  • algemene muzikale vorming: muziekleer, muziekschriftuur, analyse, praktische harmonie en improvisatie;

  • algemene cultuur: muziekgeschiedenis, culturele stromingen, literatuurstudie, sociologie en filosofie van de muziek, concertpraktijk.


Daarnaast wordt geopteerd voor samenwerking met diverse kunstopleidingen en professionele organisaties uit binnen- en buitenland.


Naarmate de opleiding vordert, kunnen studenten kiezen uit keuzevakken en seminaries, wat hen de mogelijkheid biedt zich stilaan persoonlijker te profileren.


Alle hogescholen beklemtonen dat een artistieke opleiding een intense betrokkenheid vanwege student vergt en de nodige wilskracht om dagelijks met muziek bezig te zijn. Het aantal contacturen is dan ook eerder beperkt in de bacheloropleiding. In de masteropleiding wordt nog meer een beroep gedaan op de zelfwerkzaamheid van de student.


Uitgaande van de jazzmuziek wordt een basis gelegd o.a. op het gebied van repertoirekennis, improvisatie, stijlkennis, instrumentbeheersing en samenspel. De opleiding beoogt een vervolmaking in de verschillende jazzinstrumenten en jazz-zang. Een persoonlijke stijlontwikkeling wordt gestimuleerd, zowel individueel als collectief. Opleidingsonderdelen zijn jazzgeschiedenis, jazzharmonie, combo, arrangement, improvisatie.


Na het behalen van de titel 'Master in de muziek' is het mogelijk om zich verder te specialiseren in: Orkest - Concertsolist Instrument - Concertsolist Zang - Compositie - Begeleiding - Kamermuziek. Het aantal contacturen is vrij beperkt en er wordt een grote mate van zelfwerkzaamheid van de student verwacht.


Het Orpheus Instituut biedt posthogeschoolvorming voor professionele musici aan die werken aan een individueel studiecurriculum onder begeleiding van een vooraanstaand promotor. De studie bevindt zich op het kruispunt tussen muzikale praxis en onderzoek, en leidt tot de titel van Laureaat van het Orpheus Instituut.


Studiepunten

180 (bachelor) + 120 (master)


Instellingen die de opleiding organiseren zonder keuzetraject(en):

Erasmushogeschool Brussel - Campus Koninklijk Conservatorium Brussel

AP Hogeschool Antwerpen - Campus De Singel (Koninklijk Conservatorium Antwerpen)

LUCA School of Arts - Campus Lemmens


Bijzondere toelatingsvoorwaarden

Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.

 

Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)

    Uitzonderingen :
  • Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
  • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
  • Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier

Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!  

Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland

Met een Nederlands VWO-diploma  of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.

Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.

Situering

Opleiding: Muziek 

Afstudeerrichting: Jazz

Studieniveau: Academische bachelor - HO

Specificatie: Bachelor of Arts

Studiegebied: Muziek en Podiumkunsten

Belangstellingsdomeinen: Muziek,

Schoolvakken SO: Cultuurwetenschappen, Esthetica, Expressie, Kunstgeschiedenis, Muziekleer, Zang,

Andere Afstudeerrichtingen

De andere afstudeerrichtingen binnen Muziek zijn:

Muziek : Compositie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Directie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Instrument/Zang (Academische bachelor - HO)
Muziek : Instrumentenbouw (Academische bachelor - HO)
Muziek : Muziekpedagogie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Muziektheorie/Schriftuur (Academische bachelor - HO)
Muziek : Muziektherapie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Scheppende muziek (compositie / muziekproductie) (Academische bachelor - HO)
Muziek : Uitvoerende muziek (klassieke muziek / jazz en pop) (Academische bachelor - HO)

Vervolgopleidingen


een masteropleiding

Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.

Masteropleidingen binnen dit studiegebied




























een postgraduaat

Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor/master

Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.

Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.


een lerarenopleiding

Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.

Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Instellingen

Regentschapsstraat 30  1000 Brussel
02 513 45 87    

Desguinlei 25  2000 Antwerpen
03 244 18 00    

Lemmensberg 3  3000 Leuven
02 447 15 00    

Beroepsuitwegen

Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.

De afgestudeerden hebben een technisch-muzikale opleiding gekregen in de gekozen optie en/of keuze, wat hen in staat stelt op een professionele wijze nieuwe werken voort te brengen, leiding te geven en muziek te vertolken, muziekwetenschappelijk werk te verrichten, te recenseren e.a.
Ook televisieproducer of -programmator, cultureel attaché of medewerker in een cultureel centrum liggen in de lijn.
Als afgestudeerde kan men terecht in orkesten, als solist (instrumentist of zanger), bij de VRT, eventueel als componist, als bewerker, als zelfstandige of in dienstverband, als lesgever in de eigen specialisatie in muziekacademies na het volgen van een lerarenopleiding.
Nogal wat afgestudeerden opteren (vooraleer het beroepsleven te kiezen) om andere kwalificaties te behalen en specialisaties te volgen. Als dirigent, als koorleider, als cultureel attaché of recensist, in de perswereld.
Het beroepenveld van musici is versnipperd: scheppend musicus, uitvoerend musicus, instrumentenbouwer, cultuurfunctionaris, muziekrecensent, leraar, ...
De meeste musici zijn gelijktijdig werkzaam in uiteenlopende beroepen.

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn. 
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Componist
Muzikant

Studierendement

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Humane wetenschappen (ASO) 42 0,15 85,2 0 1 2 10 28 1
Latijn-wiskunde (ASO) 34 0,31 98,2 0 0 0 1 32 1
Muziek (KSO) 276 43,26 86,8 4 8 15 37 210 2
Wetenschappen-wiskunde (ASO) 58 0,14 95,2 0 2 0 1 54 1

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 11-02-2022

Muziek : Jazz - Academische bachelor

Algemene info

Binnen de opleiding worden musici met zeer uiteenlopende profielen gevormd. De meerderheid studeert een instrument of zang om te spelen in een orkest, in kamermuziekverband of als solist. Sommige studenten kiezen voor een theoretische opleiding en leggen zich toe op schriftuur, compositie of directie.


Naast het individuele onderricht voor de hoofddiscipline zijn er ondersteuningsvakken: notenleer, kamermuziek, harmonie, muziek- en cultuurgeschiedenis, filosofie … Het samen musiceren in koor of orkest is daarnaast voor elke student een verrijkende ervaring. Grosso modo kan men stellen dat er accent wordt gelegd op een 3-tal vakgebieden:



  • instrumentale en vocale vorming: instrument, zang, orkest, kamermuziek, kamerkoor, repertoire voor pianisten;

  • algemene muzikale vorming: muziekleer, muziekschriftuur, analyse, praktische harmonie en improvisatie;

  • algemene cultuur: muziekgeschiedenis, culturele stromingen, literatuurstudie, sociologie en filosofie van de muziek, concertpraktijk.


Daarnaast wordt geopteerd voor samenwerking met diverse kunstopleidingen en professionele organisaties uit binnen- en buitenland.


Naarmate de opleiding vordert, kunnen studenten kiezen uit keuzevakken en seminaries, wat hen de mogelijkheid biedt zich stilaan persoonlijker te profileren.


Alle hogescholen beklemtonen dat een artistieke opleiding een intense betrokkenheid vanwege student vergt en de nodige wilskracht om dagelijks met muziek bezig te zijn. Het aantal contacturen is dan ook eerder beperkt in de bacheloropleiding. In de masteropleiding wordt nog meer een beroep gedaan op de zelfwerkzaamheid van de student.


Uitgaande van de jazzmuziek wordt een basis gelegd o.a. op het gebied van repertoirekennis, improvisatie, stijlkennis, instrumentbeheersing en samenspel. De opleiding beoogt een vervolmaking in de verschillende jazzinstrumenten en jazz-zang. Een persoonlijke stijlontwikkeling wordt gestimuleerd, zowel individueel als collectief. Opleidingsonderdelen zijn jazzgeschiedenis, jazzharmonie, combo, arrangement, improvisatie.


Na het behalen van de titel 'Master in de muziek' is het mogelijk om zich verder te specialiseren in: Orkest - Concertsolist Instrument - Concertsolist Zang - Compositie - Begeleiding - Kamermuziek. Het aantal contacturen is vrij beperkt en er wordt een grote mate van zelfwerkzaamheid van de student verwacht.


Het Orpheus Instituut biedt posthogeschoolvorming voor professionele musici aan die werken aan een individueel studiecurriculum onder begeleiding van een vooraanstaand promotor. De studie bevindt zich op het kruispunt tussen muzikale praxis en onderzoek, en leidt tot de titel van Laureaat van het Orpheus Instituut.


Studiepunten

180 (bachelor) + 120 (master)


Instellingen die de opleiding organiseren zonder keuzetraject(en):

Erasmushogeschool Brussel - Campus Koninklijk Conservatorium Brussel

AP Hogeschool Antwerpen - Campus De Singel (Koninklijk Conservatorium Antwerpen)

LUCA School of Arts - Campus Lemmens


Bijzondere toelatingsvoorwaarden

Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.

 

Taal

TOELATINGSVOORWAARDEN

Je wordt rechtstreeks toegelaten tot een academische bacheloropleiding als je in het bezit bent van één van onderstaande diploma's, behaald aan een onderwijsinstelling van de Vlaamse Gemeenschap:

  • een diploma van secundair onderwijs;
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs van het korte type met volledig leerplan;
  • een diploma of certificaat, uitgereikt in het kader van het hoger beroepsonderwijs (HBO5 Verpleegkunde en Graduaatsopleidingen);
  • een diploma van het vroegere hoger onderwijs voor sociale promotie (met uitzondering van het Getuigschrift Pedagogische Bekwaamheid)

    Uitzonderingen :
  • Er is een toelatingsexamen voor de bacheloropleidingen in de studiegebieden Diergeneeskunde, Geneeskunde en Tandheelkunde (info: toelatingsexamenartstandarts.be );
  • Er zijn bekwaamheidsproeven (artistieke toelatingsproeven) om toegelaten te worden tot de opleidingen in de studiegebieden 'Audiovisuele en beeldende kunst' en 'Muziek en podiumkunsten'.
  • Er is een ijkingstoets voor een aantal opleidingen. Bij sommige is die verplicht. Meer info vind je hier

Afwijkende toelatingsvoorwaarden:
De onderwijsinstellingen hebben een reglement moeten opstellen voor kandidaten die niet aan de algemene toelatingsvoorwaarden voldoen.
Dit reglement kan je bij de instelling van je keuze opvragen.
De afwijkende toelatingsvoorwaarden kunnen gebaseerd zijn op:
1. humanitaire redenen;
2. medische, psychische of sociale redenen;
3. het algemeen niveau van de kandidaat, getoetst op de door het instellingsbestuur bepaalde wijze (bv. Een gesprek, een proef, ..).
4. Nationaliteit en taalbeheersing
Weet wel dat dergelijke toelating niet gelijkgesteld is aan het diploma secundair onderwijs !!  

Toelatingsvoorwaarden voor studenten uit Nederland

Met een Nederlands VWO-diploma  of met een HBO-propedeuse word je rechtstreeks toegelaten tot een academische bachelorpleiding aan een Vlaamse universiteit.
Nederlandse studenten met een ander diploma dienen een toelatingsaanvraag in bij de universiteit.

Extra voorwaarden voor en studenten met een diploma secundair onderwijs van de Franstalige of Duitstalige Gemeenschap, een Europees of Internationaal Baccalaureaat behaald in België of in het buitenland?
Je dient een aanvraag in bij de universiteit waar je de opleiding wenst te volgen. Houd hierbij rekening met de applicatie-deadlines, die kunnen verschillen i.f.v. nationaliteit en opleiding.

Situering

Opleiding: Muziek 

Afstudeerrichting: Jazz

Studieniveau: Academische bachelor - HO

Specificatie: Bachelor of Arts

Studiegebied: Muziek en Podiumkunsten

Belangstellingsdomeinen: Muziek,

Schoolvakken SO: Cultuurwetenschappen, Esthetica, Expressie, Kunstgeschiedenis, Muziekleer, Zang,

Andere Afstudeerrichtingen

De andere afstudeerrichtingen binnen Muziek zijn:

Muziek : Compositie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Directie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Instrument/Zang (Academische bachelor - HO)
Muziek : Instrumentenbouw (Academische bachelor - HO)
Muziek : Muziekpedagogie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Muziektheorie/Schriftuur (Academische bachelor - HO)
Muziek : Muziektherapie (Academische bachelor - HO)
Muziek : Scheppende muziek (compositie / muziekproductie) (Academische bachelor - HO)
Muziek : Uitvoerende muziek (klassieke muziek / jazz en pop) (Academische bachelor - HO)

Vervolgopleidingen


een masteropleiding

Na een academisch gerichte bacheloropleiding ga je normalerwijze een masteropleiding volgen. Een master omvat minstens 60 studiepunten. Masters zijn altijd academisch gericht, maar kunnen ook een professionele gerichtheid hebben. Onderwijskiezer vermeldt hier de masters van het studiegebied van deze opleiding. Let wel dat je niet automatisch in al deze masters toegelaten wordt! Het kan zijn dat je eerst een voorbereidingsprogramma moet volgen.

Masteropleidingen binnen dit studiegebied




























een postgraduaat

Verder studeren kan ook in een postgraduaat. Dit is een opleiding van minstens 20 studiepunten.. Het geeft recht op een getuigschrift. Bedoeling is: verdere professionele vorming, verbreding of verdieping van de reeds verworven competenties.  Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De toelating tot een postgraduaat verschilt per opleiding. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per opleiding.


een bachelor-na-bacheloropleiding (Ba-na-Ba)

Een Ba-na-ba is een opleiding van 60 studiepunten. Het is in feite een voortgezette, gespecialiseerde (verbredend of verdiepend) opleiding. Je hoeft er geen leerkrediet voor in te zetten. De opleiding leidt tot een diploma. Een Ba-na-ba kan je niet volgen als basisdiploma. Je kan een Ba-na-ba starten als je een bachelor of masterdiploma hebt behaald. Raadpleeg de toelatingsvoorwaarden per Ba-na-Ba


een verkorte bachelor/master

Wanneer je een andere bachelor/master wilt behalen, kan dat soms via een verkort traject. Je behaalt dan het diploma op kortere termijn. De verkorte bachelor/master leidt naar een volwaardig bachelor-/masterdiploma.
Voor informatie over je mogelijkheden kan je terecht bij de onderwijsinstellingen.

Mits het volgen van een voorbereidingsprogramma zijn er waarschijnlijk nog andere opleidingen mogelijk. De mogelijkheden hangen af van je vooropleiding, EVC’s, EVK’s ... Contacteer de instellingen voor hoger onderwijs voor concrete informatie.


een lerarenopleiding

Na een academische bachelor kan je via een verkorte educatieve bacheloropleiding leraar worden. Deze opleiding neemt 60 studiepunten in beslag en wordt georganiseerd door een hogeschool. Meer info.

Als je voldoet aan de toelatingsvoorwaarden kan je ook een Educatieve masteropleiding volgen.


na- of bijscholingen

Hogescholen en universiteiten hebben doorgaans ook een aanbod van diverse na- of bijscholingen. Informatie hierover vind je niet op Onderwijskiezer, maar bij de onderwijsinstelling.

Instellingen

Regentschapsstraat 30  1000 Brussel
02 513 45 87    

Desguinlei 25  2000 Antwerpen
03 244 18 00    

Lemmensberg 3  3000 Leuven
02 447 15 00    

Beroepsuitwegen

Deze beschrijving veronderstelt dat je het masterniveau hebt behaald.

De afgestudeerden hebben een technisch-muzikale opleiding gekregen in de gekozen optie en/of keuze, wat hen in staat stelt op een professionele wijze nieuwe werken voort te brengen, leiding te geven en muziek te vertolken, muziekwetenschappelijk werk te verrichten, te recenseren e.a.
Ook televisieproducer of -programmator, cultureel attaché of medewerker in een cultureel centrum liggen in de lijn.
Als afgestudeerde kan men terecht in orkesten, als solist (instrumentist of zanger), bij de VRT, eventueel als componist, als bewerker, als zelfstandige of in dienstverband, als lesgever in de eigen specialisatie in muziekacademies na het volgen van een lerarenopleiding.
Nogal wat afgestudeerden opteren (vooraleer het beroepsleven te kiezen) om andere kwalificaties te behalen en specialisaties te volgen. Als dirigent, als koorleider, als cultureel attaché of recensist, in de perswereld.
Het beroepenveld van musici is versnipperd: scheppend musicus, uitvoerend musicus, instrumentenbouwer, cultuurfunctionaris, muziekrecensent, leraar, ...
De meeste musici zijn gelijktijdig werkzaam in uiteenlopende beroepen.

Hier een overzicht van mogelijke aansluitende beroepen uit de beroependatabase van onderwijskiezer. 
Er kunnen steeds nog andere mogelijkheden zijn. 
Klik op een beroep voor meer informatie.

Mogelijke beroepen

Componist
Muzikant

Studierendement

Studierichting 3e graad SO Aantal studenten Participatie-
graad
Gemiddeld
SR
SR
0%
SR
1-24%
SR
25-49%
SR
50-84%
SR
85-100%
SR
nvt
Humane wetenschappen (ASO) 42 0,15 85,2 0 1 2 10 28 1
Latijn-wiskunde (ASO) 34 0,31 98,2 0 0 0 1 32 1
Muziek (KSO) 276 43,26 86,8 4 8 15 37 210 2
Wetenschappen-wiskunde (ASO) 58 0,14 95,2 0 2 0 1 54 1

Per bacheloropleiding die je kan volgen in het hoger onderwijs kan je hier bekijken wat de resultaten zijn van afgestudeerden uit verschillende studierichtingen uit het secundair onderwijs. De resultaten geven weer voor welk deel van de opleiding de studenten slaagden in hun eerste jaar hoger onderwijs. Dit wordt het studierendement genoemd en wordt uitgedrukt als een percentage. De berekeningen gebeurden op basis van de studiekeuzes die leerlingen in Vlaanderen maakten in de voorbije jaren.

Om te weten hoe goed leerlingen het doen in het eerste jaar hoger onderwijs kijkt men naar het studierendement. Onderstaande tabel geeft het studierendement (SR) in het eerste jaar van het hoger onderwijs weer van studenten uit een secundaire studierichting. Dit is de verhouding van het aantal verworven studiepunten (waarvoor geslaagd) t.o.v. het aantal opgenomen studiepunten (waarvoor ingeschreven). Dit percentage wordt weergegeven in 5 categorieën: 0%, 1-24%, 25-49%, 50-84% en 85-100%.
Vb. De tabel geeft ook het gewogen gemiddeld studierendement weer. Daarbij weegt een student zwaarder door naarmate hij meer studiepunten heeft opgenomen. Vb. Een gemiddeld SR van 68% = de studenten uit een secundaire studierichting zijn samen geslaagd voor 68% van de studiepunten waarvoor ze zich hadden ingeschreven. Hoe hoger het gemiddeld SR hoe beter de studenten uit deze secundaire studierichting het gemiddeld doen in een bepaalde bachelor.

Er wordt alleen rekening gehouden met jongeren die zich:

  • ONMIDDELLIJK (= zonder onderbreking) na het secundair onderwijs,
  • VOOR HET EERST inschrijven in een academische of professionele bachelor,
  • met een DIPLOMACONTRACT,
  • aan een Vlaamse universiteit of hogeschool.

Secundaire studierichting: de studierichting in het Secundair onderwijs waarvoor het diploma behaald werd .
Opleiding Hoger onderwijs: : de professionele of academische bachelor waarin men zich voor het eerst inschrijft na het Secundair onderwijs.
Aantal studenten: het aantal leerlingen uit een secundaire studierichting dat zich inschreef in een bepaalde bacheloropleiding van het hoger onderwijs.
Participatiegraad: het % studenten t.o.v. van alle afgestudeerden (uit een secundaire studierichting) dat zich ingeschreven heeft in deze opleiding van het hoger onderwijs.

Enkel wanneer een voldoende aantal leerlingen (=30) uit een deze secundaire studierichting voor een bepaalde bachelor kiest, worden de cijfers weergegeven.
Opgelet: deze cijfers hebben betrekking op gemiddelden en geven geen oorzakelijk verband weer tussen de studiekeuze in het secundair onderwijs en het studierendement in het hoger onderwijs.

extra info over studierendement



bron: Ministerie van Onderwijs en Vorming


Gegevens bijgewerkt tot 11-02-2022